Jumbo-Visma sorteert voor op Tour én Olympische Spelen voor grote namen

Heel veel renners hebben in 2021 een lastige puzzel te leggen, met de Tour de France en de Olympische Spelen in een tijdsbestek van enkele weken in de zomer. Bij Jumbo-Visma lijkt men in te zetten op een combinatie, die volgens sportief directeur Merijn Zeeman echt wel mogelijk moet zijn. Met Primoz Roglic, Tom Dumoulin, Sepp Kuss, George Bennett en Wout van Aert heeft de ploeg ook nogal wat medaillekansen in Japan.

Volgens Zeeman is er geen probleem met het feit dat de Tour eindigt op 18 juli en de wegwedstrijd in Tokio op 24 juli wordt verreden. Op 28 juli staat de tijdrit bij de Spelen op het programma. 'De power die je meeneemt na drie weken Tour kan een enorme meerwaarde zijn op de Spelen. Kijk naar het WK in Imola. Bijna alle renners in de finale hadden de Tour in de benen', zo vertelt hij in Het Nieuwsblad. Ook voor het andere klimaat is hij niet bang. 'Net voor de Spelen verandert het klimaat in Tokio enorm. Dat vraagt een aanpassing. Het is niet zo dat wanneer je er een week eerder ter plaatse bent, je gemakkelijker aangepast zal zijn aan het klimaat dan wanneer je later afreist.'

'Als je naar de Spelen gaat, hypothekeer je de Vuelta'

Terwijl het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC) al aangaf dat de Tour rijden, voorafgaand aan de Spelen, geen goed idee is, is Zeeman juist banger voor de wedstrijden ná Tokio. 'Als je naar de Spelen gaat, hypothekeer je de Vuelta. Er moet een keuze worden gemaakt. Of je gaat naar de Spelen om mee te doen, of je bereidt de Vuelta voor, wetende dat heel wat kopmannen niet zullen starten omdat ze de Spelen hebben gedaan en er dus een mooie kans ligt om in de Vuelta een rit te winnen of een klassement te rijden... In het slechtste geval zijn er tien renners van ons op de Spelen. Omdat je na zo’n lange reis niet meteen hersteld bent, zou het moeilijk worden om ons najaarsprogramma gevuld te krijgen.'