Enric Mas is niet ongeschonden uit de zesde etappe van Tirreno-Adriatico gekomen. De Spanjaard kwam in de rit lelijk ten val, maar liep gelukkig geen botbreuken op. Na afloop van de etappe lieten enkele renners zich uit over de veiligheid van de afdaling van de Monte Carpegna.
Op het moment van zijn valpartij was Mas nog verwikkeld in een strijd om de tweede plaats, achter de uiteindelijk ritwinnaar Tadej Pogacar. Door de crash kwam de Spaanse klimmer niet verder dan een 21e plek in de daguitslag, waardoor zijn hoop op een goed klassement kwam te vervallen. Het gelukkige hieraan is dat Mas geen al te zware blessures overhoudt aan het ongeluk. Zijn ploeg Movistar meldt dat hij wegkomt met blauwe plekken en schaafwonden. Hij hoeft volgens de artsen geen röntgenonderzoek te ondergaan.
Om goed te kunnen herstellen van de verwondingen, werd ertoe besloten niet meer van start te gaan in de slotetappe van de Italiaanse rittenkoers. Het is niet bekend hoe lang Mas zal moeten herstellen. Naar alle waarschijnlijkheid heeft het weinig invloed op zijn verdere programma. Begin april staat de Ronde van het Baskenland op zijn programma.
Lees ook
Vingegaard: 'Het was zo gevaarlijk'
Na afloop van de rit beklaagde Jonas Vingegaard zich over de veiligheid van de laatste afdaling. 'Ze hadden de sneeuw van de weg gehaald, maar er lag nog steeds veel gravel op', zo valt te lezen bij VeloNews. 'Ik denk dat ze het niet goed genoeg opgeruimd hebben. Er was zoveel gravel. Het was zo gevaarlijk.'
Ook Tadej Pogacar constateerde dat het niet een heel veilige afdaling was, al bekeek hij het vanuit zijn eigen positie: 'We riskeerden het om te vallen in de eerste afdaling van de dag, maar ik weet niet goed wat daar de reden van was. Ik was dus erg blij dat ik alleen reed bij de tweede afdaling.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties