Van Aert 'vocht de hele rit tegen zichzelf': 'Heb de ploeg vandaag teleurgesteld'

Wout van Aert had niet de beste dag op de fiets, maar heeft toch een grote achterstand dichtgereden voor zijn ploeg Jumbo-Visma. In de kasseienetappe van de Tour de France viel hij al vroeg, had zijn kopman Jonas Vingegaard materiaalpech en viel, alsof het nog niet erg genoeg was, zijn andere kopman Primoz Roglic. Van Aert nam Vingegaard op sleeptouw. Het verlies van de Deen ten opzichte van Pogacar op de streep: dertien seconden.

De Belg, die de vierde etappe naar Calais al op zijn naam wist te schrijven, was na afloop niet te spreken over de organisatie van de ronde. 'Ik vond het niet fijn om voorin het peloton te rijden, naar mijn mening waren de wegen veel te gevaarlijk al voor we bij de kasseien kwamen. We reden door kleine dorpen met veel versmallingen en obstakels op de weg. Ik was daar geen fan van', zo legt hij uit in het flashinterview.

Als gevolg reed Van Aert in zijn gele trui rond halverwege het peloton, met het doel om vlak voor de eerste strook op te schuiven om zijn ploeg te helpen. 'En toen ik dat deed, viel ik meteen. Ik heb mezelf daar wat pijn gedaan, maar verloor vooral vertrouwen om voor posities te vechten.' Nog voor hij terug kwam in het peloton, klapte hij bijna op een ploegleiderswagen. Bij Sporza zegt hij daarover: 'Dat was de schrik van mijn leven. Als ik daar op was geknald, had ik hier nu niet gestaan.'

Schade beperken voor Vingegaard

Van Aert baalde enorm van zijn mindere dag. 'Ik heb de rest van de ploeg daar echt teleurgesteld, ik zat altijd achterin de groep in plaats van dat ik in staat was om de ploeg te helpen. Ik was de hele dag tegen mezelf aan het vechten.' Uiteindelijk lukte het hem toch om zichzelf te herpakken, waarna hij zijn Deense kopman Jonas Vingegaard hielp terug te komen na materiaalpech. Vingegaard verloor slechts dertien seconden op Tadej Pogacar. Voor Primoz Roglic kon Van Aert weinig betekenen, na een harde val verloor hij ruim twee minuten.