In IDL Retro kijken we over de schouder naar renners en koersen in het voorbij gegane. Van de week kwam plots het akelige nieuws dat Johan van der Velde gediagnosticeerd is met acute leukemie. Een kleine herinnering aan een geweldig oud-renner, die het soms moet afleggen tegen de natuur.
Johan van der Velde is buschauffeur bij Roompot, de enige Nederlandse winnaar van de Dauphiné Liberé, drie keer winnaar van het puntenklassement in de Giro, even een kruimeldief, amfetamineverslaafde en ex-gedetineerde. Van der Velde is vooral ook de meesterknecht die Joop Zoetemelk de Tour hielp winnen én even leek te ontnemen door een valpartij bergop, maar het meest is Van der Velde de renner die een woeste winter-Gavia bergop temde en erdoor verzwolgen werd in de afdaling.
L’uomo di Gavia
Tijdens de proloog van de Giro in Amsterdam (2010) zit Van der Velde bij Mart Smeets aan tafel. Hij is een graag geziene Giro-gast, want hij heeft een verleden in de koers zoals geen enkel andere Nederlandse renner die heeft. Of het moet Tom Dumoulin zijn. Van der Velde uit zijn liefde voor de ronde in de laars. Hij benoemt dat de bergetappes zwaarder zijn dan in de Tour. Het gaat over de paarse puntentrui, die Van der Velde drie keer wist te winnen en of ze hem als buitenlander accepteerden, vraagt Smeets. ‘Ze moesten wel, want ik ging toch niet uit de weg. Ik wilde mijn trui winnen, dat was mijn trui.’ Van der Velde zit met een daadwerkelijk pimpelpaarse trui aan tafel. Over zijn schouders hangt een mantel van trots. Het gaat vanzelfsprekend ook over de etappe over de Gavia, waar Van der Velde de meest bejubelde renner ooit werd die in een bezemwagentje stapte.
De Giro van 1988. De Passo di Gavia is de laatste horde in de veertiende rit naar finishplaats Bormio. Van der Velde demarreert vroeg op de klim en stuift omhoog. Het ‘extreme weather protocol’ is nog een ongeboren weeskind en het weer is veel slechter dan voorspeld. De geboren Rijsbergenaar is gekleed alsof hij een bergrit rijdt op een snikhete Franse zomerdag. Bloot hoofd, blote benen, blote handen, blote armen. Het is geen Franse zomerdag, maar het voorportaal van een nieuwe ijstijd: wind, hagel, regen, sneeuw, miezer, tocht, guur. Vooralsnog heeft hij ook de concurrentie uitgekleed, maar de kou begint langzaam van hem bezit te nemen. Elke tweede pedaalslag wappert hij zijn vingers even van het stuur uit angst dat ze er aan vast vriezen. Hij aait de wind. Alsof hij een hondsdolle Dobermann aanhaalt.
Hij komt wel als eerste boven. Een harkende ijspegel die de laatste kilometers niet meer trapte, maar het bevroren lichaamsgewicht van links naar rechts op de pedalen liet vallen. In de afdaling rolt hij als een sneeuwbal van steeds meer aandikkende desillusie naar beneden. Schuifelen als tijdens een eerste date met het noodlot. Na een paar kilometer is hij al door meerdere renners ingehaald en al snel bevriest hij aan het wegdek. Iemand beitelt hem los en stalt hem in een busje naast enkele andere, ternauwernood ademende winterdummy’s. Tegen Smeets: ‘De natuur was die dag sterker dan ik.’
Vlak voor de meet worden de renners weer op hun fietsen geduwd en gemaand de streep te passeren. Even twijfelt Van der Velde aan de eerlijkheid, maar als hij tientallen andere renners uit bussen, auto’s, vrachtwagens en duikboten ziet stappen is hij snel om. Erik Breukink wint de rit, maar Van der Velde is de held en houdt er een schitterende bijnaam aan over: L’uomo di Gavia (De man van de Gavia).
Oh god. Wat een drama, misschien.
Acht jaar eerder is Van der Velde een 23-jarige pummel en misschien wel de luitenant die Joop Zoetemelk de Tour aanlevert. Hij wordt zelf twaalfde in het klassement en wint het jongerenklassement. In de zestiende etappe naar het skigebied Pra Loup lijkt dat echter even helemaal mis te lopen.
Stug malend in zijn Nederlandse kampioenstrui leidt Van der Velde op de slotklim het elitegroepje voor zijn kopman Zoetemelk. Blauwe hemel, wat olijke wolkjes, er staan mensen met gele pionnen op het hoofd langs de kant. Geen vuiltje aan de lucht. Jean Nelissen constateert dat Van der Velde een goede dag moet hebben, daar hij nog altijd op kop rijdt. Plots lijkt Van der Velde uit zijn toeclips te schieten en zijn fiets gaat bijna overdwars. Zoetemelk rijdt tegen hem aan en valt. Jean Nelissen is enigszins in paniek. Het levert één van de mooiste zinnen uit het Nederlandse sportcommentaar op: ‘Oh god. Wat een drama, misschien.’
Nelissen kietelt de catastrofe, maar geeft in dezelfde adem nog lucht. Het is een drama, maar misschien ook niet. In die ‘misschien’ zit een enorme hoop gevlochten. Zoetemelk hupt vlug weer op z’n fiets en zit snel alweer bij de overige favorieten. Hij rijdt tamelijk onbedreigd naar de Tourzege. Ondanks, maar vooral dankzij Johan van der Velde.
Met het nieuws over de leukemie die bij Van der Velde is geconstateerd ontrolt er zich een echt drama in zijn al bewogen leven. Hopelijk ook nu weer misschien. (Foto: Screenshot Youtube)
Mathijs Stel (email: mathijs@indeleiderstrui.nl )
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties