Mountainbikewereld snapt niets van startvoordeel Van der Poel: 'Diep teleurgesteld en gefrustreerd door UCI'

In de mountainbikewereld is vol verbazing gereageerd op het nieuws dat enkele wegrenners dankzij hun UCI-ranking op de weg verder van voren mogen starten bij het WK mountainbike op zondag. Mathieu van der Poel, Tom Pidcock en Peter Sagan starten niet in de achterhoede, maar op rij vijf.

De UCI veranderde de startopstelling-regels vlak voor het weekend, waarin de cross-country op het programma staat. Van der Poel, Pidcock en Sagan hadden op basis van hun mtb-ranking geen recht op een startplek richting de voorkant, maar krijgen die door een lastminute aanpassing van de regels nu alsnog.

Dat gaat er bij bijvoorbeeld Sven Nys niet in. De oud-renner stelt via social media dat hij de regel die dit scenario creëert graag afgeschaft ziet worden. Dezelfde regels werden namelijk gebruikt bij het WK gravel in 2022, waardoor de UCI het niet meer dan fair vond om dit ook bij het mountainbiken door te voeren. 'Eén april is toch de dag dat je een grap mag maken?', schrijft Nys cynisch.

Volgens hem worden er andere renners de dupe van het feit dat de wegrenners verder naar voren worden geplaatst. 'Iedere renner moet het hele jaar door knokken om uiteindelijk een mooie startplaats te verkrijgen. Anderen krijgen deze plaats. Dat is zeer frustrerend voor de traditionele biker. Mijn zoon (Thibau Nys, red.) kan hier in de cross ook van profiteren indien nodig, en dan nog zeg ik, direct afschaffen.'

Belgische bondscoach leeft ook mee met Pidcock

Die mening is ook Filip Meirhaeghe, bondscoach van de Belgen bij het mountainbiken, toegedaan in gesprek met Sporza. 'Ik ben ook fan van Pidcock en Van der Poel, maar dit is niet fair ten opzichte van andere renners. Je verandert geen reglement tijdens het WK. We gaan die boodschap met z'n allen overbrengen aan de Internationale Wielerunie UCI, ook de coaches van toplanden zoals Zwitserland, Duitsland en Spanje. Het is niet fair ten opzichte van andere deelnemers. Zij reizen soms de hele wereld af om UCI-punten te sprokkelen voor een gunstige startpositie.'

Meirhaeghe springt daarbij in de bres voor Pidcock, die nu in één adem wordt genoemd met Van der Poel en Sagan. En dat terwijl de Brit volgens de Belgische coach na de voorjaarsklassiekers nog op de mountainbike sprong om wereldbekers te rijden. 'Het is ook niet fair tegenover Pidcock, die de moeite deed om een Wereldbeker te rijden. Hij koerste - en won - in Nove Mesto om degelijk te kunnen starten op het WK. Nu zegt de UCI: "Dat hoefde je allemaal niet te doen".'

Mountainbikers teleurgesteld in UCI

De UCI-Cross Country-vertegenwoordiging was ook niet te spreken over het besluit van de UCI. 'Het is fantastisch om grote namen uit andere discipines in onze sport te hebben. Maar we zijn absoluut niet blij met hoe de UCI onze sport behandelt door op het laatste moment de regels te wijzigen', klinkt het kritisch in een statement. Het tijdstip van de wijziging zit de mountainbikers vooral dwars. 'Of de regel rechtvaardig is, is een andere kwestie en onderwerp voor een ander moment. Onze zorg zit hem in de wijze waarop en het moment dat de UCI de regel toepast.'

'Zo heeft de regel mogelijk consequenties voor de olympische startplekken van de verschillende renners en landen. Het gaat niet enkel om de strijd om de wereldtitel, maar ook om de olympische startplekken. Het is overduidelijk dat de UCI zichzelf tegenspreekt met de toepassing van de regel. Een dag voor de start van het WK is niet het moment om selectief naar de regels te kijken. Wij uiten hierbij onze diepe teleurstelling en frustratie over de door de UCI gecreëerde situatie', besluit het statement, dat door de nodige mountainbikers is ondertekend, waaronder Nino Schurter en de Nederlandse Anne Terpstra.

UCI: 'Het gaat om de meerwaarde van de sport'

In een reactie aan hetzelfde Sporza stelt de UCI dat de regels juist zijn veranderd ten faveure van de sport. 'In Tokio hadden we goede mediacijfers. Daar stonden Pidcock en Van der Poel allebei aan de start. Daarom vind ik het opportuun om de sport te helpen, want de sport is beter met vedetten', aldus UCI-voorman Peter Van den Abeele. 'Favoritisme zou ik het niet noemen. Het gaat om de meerwaarde van de sport. Een mountainbikewedstrijd met Pidcock of Van der Poel is van een ander kaliber dan een mountainbikewedstrijd zonder die twee. Stel: Nino Schurter verovert deze keer de regenboogtrui in het bijzijn van Tom Pidcock en Mathieu van der Poel. Dat is toch belangrijk voor hem?'