Het eerste WK veldrijden voor vrouwen was 25 jaar geleden een compleet andere sport: 'Als vrouw werd je keihard uitgelachen' Veldrijden
Veldrijden

Het eerste WK veldrijden voor vrouwen was 25 jaar geleden een compleet andere sport: 'Als vrouw werd je keihard uitgelachen'

Het eerste WK veldrijden voor vrouwen was 25 jaar geleden een compleet andere sport: 'Als vrouw werd je keihard uitgelachen'

Fem van Empel, Lucinda Brand, Sanne Cant... Inmiddels is het vrouwenveldrijden vol met toppers, en hoewel het verschil in aanzien en inkomsten nog steeds flink is vergeleken met de mannen, wordt het gat kleiner en kleiner. Maar dat was niet altijd het geval. Dit jaar wordt het 25-jarige jubileum van het WK veldrijden voor vrouwen, en de sport was in 2000 vrijwel onherkenbaar.

Het eerste WK veldrijden voor mannen was in 1950, en de dames moesten vijftig jaar langer wachten op hun kans. In Sint-Michielsgestel streden de vrouwen voor het eerst voor de regenboogtrui, en Katleen Vermeiren was erbij voor België. Zij zag hoe, een jaar eerder, de eerste internationale cross op Belgische bodem werd georganiseerd. In Loenhout won Daphny van den Brand, die als prijs een mannenfiets kreeg met mannenmaten.

Het was dagelijkse kost voor vrouwelijke crossers. Zij kregen geen prioriteit van de wielerbonden: zo moesten ze om onmogelijke tijden aan de start staan. 'Vaak al om half tien ’s morgens, voor de junioren', vertelt Vermeiren aan Het Nieuwsblad. Prijzengeld was totaal geen item. 'Won je in Overijse, kreeg je misschien 25 euro. En startgeld? Totaal niet aan de orde.' Sanne Cant vertelde vorig jaar nog over haar schrijnende begintijd als crosser.

Lees verder onder de foto!

brand van empel pieterse
In 25 jaar is er al flink wat veranderd.

Zoveel gedoe, maar Vermeiren vond het leuk: 'Voor mij was het een toptijd'

Professioneel crosser kon je gewoonweg niet zijn. Maar de inmiddels 46-jarige Belgische vermaakte zich ondanks alles kostelijk tijdens haar wedstrijddagen. 'Ik kijk er net met heel veel plezier op terug. Voor mij was het een toptijd.' En dat zelfs ondanks het feit dat de dames vaak een heleboel spreekwoordelijke stront over zich heen kregen. Daarom vindt Vermeiren het maar niks als crossers zich uitspreken tegen onstuimig publiek. 'Terwijl ons dat dus standaard overkwam. Als vrouw werd je in die jaren keihard uitgelachen. Maar wat deed je eraan? Dus reed je door.'

Dat eerste WK was in feite hetzelfde verhaal. De dames moesten al om 10 uur beginnen. En Vermeiren sloeg geen deuk in een pakje boter. Ze werd 33e, op negen minuten van de winnares. 'Veel te zenuwachtig', vertelt ze. 'Ik bakte er echt niks van.' De uiteindelijke winnares luisterde naar de naam Hanka Kupfernagel: de Duitse won voor de Britse Louise Robinson en Van den Brand.

Een jaar na dit WK werd het eerste Belgisch kampioenschap voor vrouwen georganiseerd. Maar dat kwam niet makkelijk van de grond. De Belgische wielerbond stribbelde tegen, maar gingen na maandenlang lobbyen overstag. 'Maar alleen als we minstens vijftien vrouwen vonden die wilden meedoen.' Uiteindelijk lukte het om een deelnemersveld bij elkaar te sprokkelen. En Vermeiren? Die werd de allereerste Belgisch kampioene.

1 claps
1 bezoekers

Plaats reactie

666

0 reacties

Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.

Bekijk alle reacties

Meer nieuws