Mathieu van der Poel heeft de Wereldbeker van Benidorm op zijn naam geschreven. De renner van Alpecin-Deceuninck vocht een zeer vermakelijk gevecht uit tegen zijn rivaal Wout van Aert. Het kwam aan op de een sprint-a-deux en Van der Poel pakte die het beste aan.
De gehele laatste ronde zochten de twee hoofdpersonen naar plekken om de ander in te halen. Zoals bij de vrouwenkoers te zien was, was het super belangrijk om bij de balken aan de leiding te rijden. Het lukte Van der Poel, door een fraaie combinatie van moed, kracht en inzicht. 'Voor mij was het superbelangrijk om als eerste bij die hindernis te zijn', aldus de winnaar in het flashinterview. 'Vanaf daar was passeren heel moeilijk.'
Ondanks dat er nog een asfaltstrook volgde, was deze maar een paar honderd meter lang. Van een echte eindsprint was daardoor geen sprake. Positionering was het belangrijkste. 'De sprint was echt heel kort. Ik reed een goede wedstrijd en ik ben erg blij met de overwinning. Om te winnen is natuurlijk altijd super fijn, maar ik denk dat dit ook een hele mooie cross was om te winnen. Al was het best gevaarlijk met de slipkans.' Over twee weken, op zondag 5 februari, volgt het hoogtepunt van het seizoen voor Van der Poel. Op het Wereldkampioenschap in Hoogerheide hoopt hij de regenboogtrui te bemachtigen.
Van der Poel vertelt over de rug: 'Het lichaam voelt best goed, denk ik'
De onvermijdelijke vraag volgde daarna. Heeft de rug deze zware wedstrijd enigszins kunnen houden? 'Het lichaam voelt best goed, denk ik', zo zegt de renner zelf. Vol overtuiging spreekt hij zeker niet. Wel geeft hij aan dat er in ieder geval vooruitgang geboekt is. 'De rug voelde wel een stuk beter dan in de vorige wedstrijden en ik kon weer best diep gaan. Dit was denk ik precies wat ik nodig had deze zondag in Benidorm.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties