Bernal noemt twee doelen en daar zit níét direct Tourwinst bij: 'Met de nieuwe toppers meedoen'

Egan Bernal kijkt met vertrouwen vooruit naar het komende seizoen. De nog altijd maar 26-jarige Colombiaan is naar eigen zeggen nog steeds niet helemaal hersteld van zijn horrorcrash in 2022. In 2023 reed hij de Tour en de Vuelta uit, zij het als pelotonvulling. Nu wil Bernal vooruitkijken, maar blijft hij ook realistisch. 'De Tour rijden zou leuk zijn, maar als ik niet in vorm ben, zeg ik ook: kies mij maar niet', vertelt hij aan de podcast La Movida.

Voor Bernal leken de bomen tot in de hemel te reiken in 2019. Als 22-jarig broekie won hij de Tour de France. Er werd gesproken over talloze Tourzeges. Zo snel keerde het tij echter ook weer. Bernal kende tal van fysieke problemen en werd ingehaald door nieuwe, jonge toppers als Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard. Dat betekent niet dat hij de strijd zomaar opgeeft. De Colombiaan zit nog vol ambitie en wil zich in de toekomst meten met de andere toppers.

Bernal gekscherend over wielerpensioen: 'Als ik die ronde win, kan ik met een gerust hart stoppen.

In de podcast bespreekt Bernal eigenlijk twee hoofddoelen. Allereerst stipt hij een verrassend doel aan. 'Ik wil graag de Vuelta winnen, dat is mijn grootste doel. Dan kan ik zeggen dat ik alle drie de grote rondes heb gewonnen en dat is belangrijk voor een klassementsrenner. Dan kan ik met een gerust hart met pensioen', loopt de winnaar van de Giro van 2021 nu al vooruit op het moment dat hij een punt achter zijn loopbaan kan zetten. Hij zou dan in een selecte groep renners terecht komen die alle drie de grote rondes wisten te winnen.

'Dat is een groter doel dan de Tour. En het hangt ook van de vorm af. Als ik de vorm niet heb, ben ik de eerste die zegt: selecteer mij maar niet. De Tour is geen wedstrijd waarin je maar wat kan aanmodderen.' Misschien wel de grootste frustratie van Bernal leidt tot zijn tweede doel: competitief worden tegen de toppers van nu. 'Het frustreert me dat ik daar de kans niet voor heb gehad. Ik wil rijden tegen de toppers die er nu zijn. Zij waren nog niet zo ver toen ik op mijn best was. Ik wil terug naar dat niveau en racen tegen de sterksten', besluit Bernal, doelend op de ontwikkeling van Pogacar en Vingegaard en zijn eigen ongeluk.