Interview | Olympische droom Van der Poel wordt meer en meer gokken en hopen: 'Alles moet meezitten'

Gerben de Knegt is zich ervan bewust dat de kans dat er in 2024 geen enkele man mee zal doen aan de Olympische Spelen mountainbiken steeds een stukje groter wordt. De bondscoach had in Tokio 2021 met Mathieu van der Poel en Milan Vader nog twee heren aan de start, maar voor Parijs 2024 wordt het meer en meer gokken en hopen. In gesprek met In de Leiderstrui legt bondscoach De Knegt uit waarom hij ondanks een uitzichtloze situatie toch blijft hopen op een wonder.

'De olympische kwalificatie-ranking loopt van mei 2022 tot en met mei 2024 en is een losse ranking van de normale UCI-ranking. Op 26 mei 2024 wordt die ranking gesloten en volgt de definitieve optelsom. Momenteel staan we nu zo’n 600 á 700 punten van plek negentien', zo schetst De Knegt de huidige situatie van het mannen-mountainbiken nog maar eens. Plek negentien geeft recht op één startplek, een plek bij de eerste acht op de kwalificatieranking zorgt voor twee plekken. Bij de vrouwen stevent Nederland af op twee startbewijzen, bij de mannen zijn er andere plannen nodig.

En die heeft De Knegt. De Nederlander blijft ondanks de beroerde situatie uiterst positief en strijdvaardig en hij laat er tijdens het gesprek verschillende rekensommetjes op los. 'Tom Schellekens werd bij de beloften in Nove Mesto bijvoorbeeld derde en pakte daar tachtig punten. Als hij dat dit seizoen nog een paar keer kan, kan hij zo 500 punten scoren en ons binnen bereik brengen. Als Mathieu er dit jaar dan nog twee doet en volgend jaar in april en mei nog twee, dan zou het nog kunnen.'

Van der Poel wil via WK naar de Spelen

Gelukkig voor Nederland zijn er meer wegen die naar Rome (lees: Parijs) leiden. 'Het zou het mooiste zijn als we via de normale weg een startplek bemachtigen, door bij de beste negentien landen op de olympische kwalificatie-ranking te eindigen. Dat is een stabiele ranking en als je daar goed bij staat, is de kans heel groot dat je het haalt. Daarvoor tellen alleen de beste drie renners op de UCI-ranking en op dit moment zijn dat David Nordemann en twee belofterenners', aldus De Knegt, die door blessureleed en een overvolle agenda lang geen beroep heeft kunnen doen op Van der Poel en Vader. 'Het initiële plan was dat Mathieu dit jaar toch wat wereldbekerwedstrijden zou rijden, maar na veel gedoe met zijn programma bleek dat dat niet een reële optie was.'

En dus schakelde de bondscoach door. Wat hij liever niet wilde, gaat toch echt werkelijkheid worden: Van der Poel moet in augustus in Glasgow op het WK mountainbiken een wonderdag hebben en een goede uitslag rijden. 'Dat is plan B. Je moet op het WK hopen op een redelijke uitslag. Stel dat Mathieu negende wordt en de acht landen voor ons hebben al een startplek via de olympische ranking, dan krijgen de twee landen die niet bij de beste negentien landen staan op de olympische ranking ook een startplek voor de Spelen. Dat is nu het idee.' Een bijzonder uitweg, maar wel eentje die De Knegt met beide handen aangrijpt. 'Ik had het liever anders gezien, maar ik ga niet meteen wanhopen. Het is zeker nog mogelijk.'

Tekst gaat verder onder de foto.

'Als Nordemann van plek zeventig naar twintig kan rijden, dan zou Van der Poel dat zeker moeten kunnen', aldus De Knegt

Met Van der Poel heeft de coach namelijk niet zomaar een renner in huis voor het WK. De kopman van Alpecin-Deceuninck rijdt weliswaar geen enkele voorbereidingskoers richting Glasgow, maar zelfs dan ziet De Knegt het rooskleurig in. 'Ik denk wel dat hij bij de eerste negen kan rijden zonder voorbereiding, ja. Hij snapt zelf heel goed hoe het zit. Hij heeft geen punten, dus hij zal verder achteraan starten op het WK. Maar als Nordemann in een wereldbeker van plek zeventig naar twintig kan rijden, dan zou een Mathieu in goeden doen dat ook zeker moeten kunnen. En ook wel beter dan dat.'

Het moet op die ene dag in Glasgow dan echter wel allemaal kloppen. Pech, een valpartij of slechte benen kan Van der Poel absoluut niet hebben. 'Alles zal mee moeten zitten, want iedereen weet dat het niet ideaal is zo. Mathieu van der Poel is alleen wel superbegaafd en hij rijdt thuis echt weleens op z’n mountainbike. Hij doet geen specifieke intervaltraining, maar het blijft een fiets met pedalen. Het wordt een mooie uitdaging, dat zeker. Het idee is nu maandag na de wegwedstrijd doorkomen, dinsdag het mtb-parcours uitgebreid verkennen, woensdag voor de punten misschien nog meedoen aan de team relay, donderdag nog een sessie en dan krijgt hij dat parcours wel onder de knie.'

En als het onverhoopt niet lukt? Dan is de route via het WK afgesloten. En in dat geval moet Nederland tot en met 26 mei 2024 als een malle punten gaan sprokkelen voor de kwalificatie-ranking. 'Ik denk dat Mathieu er ook wel een beetje van baalt, maar je kunt jezelf niet in tweeën splitsen. Omdat Pidcock dat nu doet, betekent niet dat Mathieu dat ook moet doen en bovendien met succes kan doen. Het is allemaal heel lastig en dan moet je keuzes maken. En stel dat Mathieu pech heeft op het WK en geen goede uitslag rijdt, dan zijn er in september en oktober ook nog twee wereldbekerwedstrijden, in de VS en Canada. Daar zou hij dan nog kunnen bijdragen.'

Tekst gaat verder onder de foto.

Milan Vader kan Spelen sowieso vergeten

Extra tegenslag voor de mannenploeg is dat Vader, die in Tokio nog tiende werd op de Spelen, in principe geen punten meer gaat binnenbrengen. De Nederlander van Jumbo-Visma viel in 2022 hard in de Ronde van het Baskenland en moest zelfs even vrezen voor z'n leven. 'Milan moet vooral doen wat hij zelf leuk vindt. In de dagen na die vreselijke val zaten we allemaal in de stress over of het überhaupt goed ging komen met hem. Als hij fietst, ben ik al blij dat hij op z’n fiets zit. Veel mensen zien hem nu als die jongen die toen gevallen is, maar hij was bijna dood hè! Laat hem lekker fietsen, al ken ik hem goed genoeg om te weten dat hij veel ambities heeft. Het irriteert hem dat het niet lukt zoals hij dacht dat het ging lukken. Als hij meer tijd heeft, kan hij zich echt wel weer opwerken, maar dan zal hij weer punten moeten scoren en dat is in combinatie met de weg een moeilijk, zo niet onmogelijk proces.'

De Knegt is zo eerlijk om te stellen dat Vader de Olympische Spelen wel kan vergeten, al is er nog wel een poging gedaan om hem er weer tussen te nestelen. 'We hadden allebei wel op iets meer gehoopt, maar het is lastig. Na zijn blessure heeft hij al wel wat op de weg gereden en eind vorig jaar zat hij op de mountainbike in Griekenland. In Nove Mesto hebben we een blessurestatus voor hem aangevraagd, waardoor hij kon starten met de UCI-punten van voor zijn val in 2022. Daardoor kon hij de Short Track rijden en had hij op zondag een redelijke startpositie. We hadden gehoopt dat hij daarmee een goede uitslag kon rijden en zo in het wereldbekerklassement kon komen, maar dat is niet gelukt. Nu rijdt hij met z’n huidige UCI-ranking en in Lenzerheide was dat starten op plek 110. Hij wordt dan nog vijftigste, dus dat is geen slechte wedstrijd. Maar het is ook niet in de buurt voor punten en ook niet voor de olympische norm.'

En dus is het duimen voor Van der Poel en enkele belofte-renners. 'Ik had gehoopt op Mathieu en Milan en dan met wat puntjes van Nordemann erbij… Maar het gaat niet van Milan komen voor de grote punten. Zijn programma loopt tot het EK in Polen en dan wordt de balans opgemaakt. Gaat hij verder mountainbiken of focust hij zich weer op de weg? Ik ben bang voor het tweede scenario. Bovendien moet Milan voor de Spelen aan onze KNWU-kwalificie-eis voor de Spelen voldoen en dat is top acht in een wereldbeker naar keuze. Van dat niveau is hij op dit moment heel ver verwijderd.'

Bram van der Ploeg (Twitter: @BvdPloegg | e-mail: b.vanderploeg@indeleiderstrui.nl)