Ben Hermans zit nog altijd zonder contract en ziet wielerwereld veranderen: 'Als je vroeger bewees wat je kon...'

De ervaren Simon Clarke zei het onlangs nog in een interview: aan het einde van het seizoen zonder contract zitten voor het jaar erna is 'een vreselijke situatie.' In precies die situatie bevindt Ben Hermans zich nu. De ervaren Belg van Cofidis sprak zich bij Het Nieuwsblad uit over deze onzekere periode, al lijkt hij ook heel voorzichtig rekening te houden met het doemscenario.

'Ik doe het echt nog supergraag', begint Hermans over zijn grote passie, namelijk het wielrennen. 'Waarom zou ik dan moeten stoppen?' De 38-jarige Belg kende een moeilijk voorjaar, waarna hij de vorm wel weer terugvond. 'Sinds juni, juli voel ik me echt opnieuw in orde. De Ronde van Polen was goed en daarna had ik me graag getoond in de Vuelta. Helaas zat ik daar niet in de selectie.'

Het is niet de eerste keer dat Hermans in deze lastige situatie zit. Vorig jaar wachtte de Belg namelijk ook erg lang op dat ene belletje. 'Uiteindelijk kreeg ik toen pas half november het bericht dat ik bij Cofidis kon tekenen. Nu ben ik veel rustiger dan toen. Ik hoop dat mijn manager (Dries Smets, red.) nog iets kan vinden. Is het niet zo, dan zal ik het ook moeten aanvaarden', klinkt het realistisch.

Lees verder onder de foto!

Realistische Hermans weet wat hij te bieden heeft: 'Kopman zijn, dat punt ben ik voorbij'

De laatste overwinning van Hermans dateert van augustus 2021, toen hij in de Tour Poitou-Charentes een tijdrit op zijn naam schreef. Winnen is dan ook niet meer de ambitie van de routinier. 'Kopman zijn, dat punt ben ik voorbij. Maar ik wil graag nog koersen in een dienende rol. Niet om een kopman honderdvijftig kilometer uit de wind te zetten. Dat is niet voor mij, maar ik kan wel een goeie helper zijn bergop.'

Een soort mentor-rol, daar zou Hermans zichzelf wel in zien. 'Een oudere renner kan de weg wijzen. Er is zoveel om te leren.' Toch worden jonge renners tegenwoordig steeds meer op zichzelf aangewezen, wat volgens de Belg een groot probleem is. 'Als je vroeger had bewezen wat je kon, wilden ploegen je altijd houden. Nu gaan de teammanagers ervan uit dat jonge renners alles al uit zichzelf weten. Wat tot op zekere hoogte ook zo is: jonge gasten weten veel meer dan wij vroeger. Maar het blijft toch waardevol om renners naast je te hebben die het allemaal al een keer hebben meegemaakt. Ik hoop dat er ergens nog een ploeg is die dat ook inziet', sluit Hermans hoopvol af.