Alpecin-Deceuninck kent weinig verrassingen in z'n definitieve selectie voor de Tour de France. De Belgische formatie komt zoals gepland met Jasper Philipsen en Mathieu van der Poel naar het Italiaanse Florence, waar op 29 juni wordt gestart. Belangrijkste nieuws is eigenlijk dat Jonas Rickaert van de partij is, na zijn ogenschijnlijk zware val bij het BK op zondag.
Rickaert ging hard tegen de grond en leek daarmee zijn pols lelijk te bezeren. Onderzoek in het ziekenhuis wees uit dat er geen sprake was van breuken, waardoor Alpecin-Deceuninck op maandag de knoop doorhakte. Rickaert is erbij, als cruciale factor in de sprinttrein voor Philipsen, die vorig jaar vier etappes won en daarmee ook het puntenklassement naar z'n hand zette.
Van der Poel speelde in die sprintzeges ook een belangrijke rol, maar de wereldkampioen zal in de Tour normaliter ook voor eigen rekening mogen rijden. Zijn laatste koers dateert van april, toen hij Parijs-Roubaix voor het tweede jaar op rij op z'n naam schreef. In het voorjaar won hij ook al de E3 Saxo Classic en de Ronde van Vlaanderen. Met slechts zeven (!) koersdagen in vier maanden verdween Van der Poel weer van de radar en werkte hij in trainingen richting de Tour. Het wordt alweer z'n vierde deelname op rij, nadat hij in 2021 debuteerde met ritwinst en enkele dagen geel en in 2022 en 2023 wat anoniemer acteerde.
Philipsen en Van der Poel worden naast Rickaert ook geflankeerd door Axel Laurance, Robbe Ghys, Gianni Vermeersch, allen als Tourdebutanten. Verder zijn gevestigde namen Silvan Dillier en Søren Kragh Andersen van de partij. Kragh Andersen won in 2020 al eens twee etappes in de Tour de France. Het wordt voor de Deen zijn zesde deelname. Dillier komt voor de vijfde keer naar de Ronde van Frankrijk, Philipsen deed ook al vier keer mee.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties