Interview | Hypergemotiveerde Stan Dewulf ging voor 'snot in november-strategie' richting klassiekers

Er is voorafgaand aan het Openingsweekend niet veel gesproken over het sterke AG2R Citroën-blok met Greg Van Avermaet, Oliver Naesen, Benoit Cosnefroy en Stan Dewulf, maar de mannen van de Franse blok zijn op en top gemotiveerd om er wat van te maken. 'Ik moet het laten zien', zegt Dewulf tegen In de Leiderstrui.

Het antwoord op de openingsvraag of hij er zin in heeft laat geen nanoseconde op zich wachten bij de 25-jarige Belg. 'Ja, ik heb er heel veel zin in. Ik ben misschien nog niet de topvorm, maar ik wilde al wel echt goed zijn. Het zijn ook maar zes weken, zo'n klassiekerperiode, dus het vizier staat al op scherp. Ik wil resultaat rijden en koers maken', klinkt het gemotiveerd.

Dewulf zal normaal gesproken proberen om voor de grote mannen weg te zijn. ‘Ik mik op de voorfinale, het is ook niet ons principe om met vier man de finale in te gaan. Voor de Omloop heb ik een anticiperende rol, dat kan ook goed zijn voor mij: voor hetzelfde geld krijg je een bergske voorsprong en kun je aansluiten. Dat past het beste bij het profiel wat ik nu heb, als de benen goed zijn tenminste. Wij hebben baat bij een zware koers, maar ik ben vooral benieuwd naar het niveau dat voor de dag gebracht gaat worden. Misschien word ik wel opnieuw van mijn zadel geblazen, net als de afgelopen jaren', zegt de Belg met enig gevoel voor woordspeling,

Drie dagen later, als Le Samyn op het programma staat, wil Dewulf zich ook laten zien. '‘Voor Samyn ben ik medekopman met Oli, dat is een koers die mij ook echt goed past. Vorig jaar was ik daar vierde, dus ik denk wel dat ik de ambitie mag hebben om daar voor de overwinning te gaan.’

‘Dit jaar heb ik wel een beetje het gevoel dat ik het moet laten zien, ondanks dat ik veel vertrouwen krijg van de ploeg', zegt Dewulf, die al enkele jaren aanhikt tegen een grote doorbraak. 'Ik sta volledig achter de ontwikkeling die ik volg nu, maar probeer ook dingen te blijven opsteken. Daarom heb ik nu bijvoorbeeld ook gekozen om Kuurne uit het programma te halen, zodat ik meer kan focussen op een koers als Le Samyn.’

Dewulf was blij met snot in november

Een andere aanpassing was het invoegen van de Ronde van Oman. 'Dat hebben we gedaan omdat bijvoorbeeld de Ruta echt lastig is. Dat is vijf dagen serieus afzien, om vervolgens heel snel in de klassiekers te komen. Met Parijs-Nice erbij ben je dan al snel heel veel weg. Oman was dus een plan waar ik me goed in kon vinden, de reizen waren ook goed geregeld', aldus Dewulf, die als enige van de klassiekerploeg ook op hoogte ging voor Oman. 'Oli en Greg doen geen hoogtestage. Ik ben altijd heel goed als ik daar net terug van kom, dus het is belangrijk om die lijn verder te houden en nog wat te verbeteren in Parijs-Nice.’

'Tien á veertien dagen na een hoogtestage krijg ik wel vaak een dipje, die ik nu gelukkig net na Oman had. Afgelopen jaar had ik die bij de Omloop en Kuurne, dat was wel jammer', blikt de Belg terug. Dit jaar is het tot nu toe allemaal zeer vlotjes verlopen bij Dewulf, zo geeft hij te kennen. ‘Ik ben in december ziek geweest, dat is het enige wat ik bij heb gehad.'

‘Dat is mijn strategie ook geweest, om in de winter eigenlijk wat plaagjes te pakken', verklaart hij. 'In november had ik dan snot en daar was ik dan blij mee, want dan kan dat je niet meer overkomen in het voorjaar. Door al die maskers en hygiëne-maatregelen rondom corona is je immuniteit achter beginnen lopen en dan krijg je wat je vorig jaar in Parijs-Nice zag, dat plots iedereen ziek is.’

Dewulf genoot van 'levenservaring' WK in Wollongong

Voor Dewulf was het voorjaar van 2022 dus ruk, maar nadien maakte hij het nodige mee: zijn eerste Tour en als kerst op de taart het WK wielrennen in Wollongong. 'Dat was een hele ervaring, zeker ook door Wout van Aert en Remco Evenepoel. Ik heb veel opgestoken, hoe ze met de druk omgaan en alles. Buiten de sportieve prestatie was het ook een levenservaring, om daar zo in Australië wereldkampioen te worden. Dat was echt iets heel speciaals, iets dat ik voor mijn leven meedraag.’

‘Vorig jaar heb ik met de Tour en het WK twee mooie ervaringen op kunnen doen', somt hij op. 'Of ik daardoor betere wattages trap? Vraag me dat over zes weken’, zegt Dewulf met een grijns op grens. ‘Ik heb hopelijk genoeg afgezien in de Tour om een positief effect te bewerkstelligen, dus misschien dat ik die vraag toch met een kleine ja kan beantwoorden', knipoogt hij.

Soms hoor je rondom het peloton dat het bij Franse ploegen net allemaal wat minder geregeld is. Klopt dat, vroegen we Dewulf? Die vraag beantwoordde hij met 'nee'. ‘De algehele mentaliteit in Frankrijk is wat conservatiever, maar ik moet wel zeggen dat er op het gebied van voeding, materiaal en sponsordeals stappen gezet worden. Vroeger was het wel wat minder, maar nu beseffen ze ook wel wat het belang is van bepaalde dingen. Ze moeten meegaan met de evolutie van het wielrennen.’

Toch kijkt ook iemand als Dewulf wel met een schuin oog naar een ploeg als Jumbo-Visma, waar werkelijk elk detail tot in de puntjes geregeld is. ‘Als je ziet wat voor evolutie iemand als Nathan Van Hooydonck doormaakt, dan zie je wel dat je bij een ploeg als Jumbo-Visma misschien wel het meeste bijleert. Daarbij nemen ze als ploeg waarschijnlijk wel het meeste uit handen van hun renners, dus ik heb wel respect voor hoe ze dat doen', vat de Belg het samen.

Tom van der Salm (Twitter: @TomvanderSalm) | e-mail: t.vandersalm@indeleiderstrui.nl)