Marijn van den Berg wil zich blijven focussen op lastigere sprints: 'Kruising tussen Matthews en Cort'

Marijn van den Berg rijdt al een tijdje rond in het profpeloton, maar het was 2023 dat als zijn échte doorbraakjaar gold. De Nederlandse coureur van EF Education-EasyPost boekte dit seizoen immers zijn eerste overwinning op WorldTour-niveau. Bovendien maakte Van den Berg afgelopen jaar zijn debuut in een grote ronde, zijnde de Vuelta a España. In wielerpodcast De Grote Plaat blikte de Utrechter terug op zijn prestaties van de voorbije maanden.

Van den Berg greep al vroeg in het seizoen zijn eerste zege, daar hij eind januari de Trofeo Ses Salines - Alcudia (een 1.1-koers op Mallorca) naar zijn hand wist te zetten. Hij versloeg er sterkhouders als Ethan Vernon en Biniam Girmay en gaf dus direct zijn visitekaartje af. Ook in de UAE Tour en Parijs-Nice was hij regelmatig bij de pinken. In de Route d'Occitanie wist hij de ouverture te winnen, gevolgd door een eerste WorldTour-overwinning in de Ronde van Polen. 'Met die zege in Polen was ik echt dolgelukkig', jubelt Van den Berg in het praatprogramma van Blaudzun en John den Braber.

'Ik had nog wel wat over, al had ik nooit gedacht dat ik met zo'n gigantische voorsprong ging winnen', doelt hij vervolgens op het grote verschil met 'runner-up' Matej Mohoric. 'Of het een doorbraak was, weet ik niet. De zeges ervoor waren op 1.1-niveau. Na zo'n zege in Polen gaan ze je wel meer kennen. Ik denk wel dat het statusverhogend was. Vorig jaar hadden we als ploeg een lastig jaar. Mede daarom werd ik toen ingezet in wedstrijden die me minder goed lagen, met als doel om wat punten op te halen. En dus in die 1.1-koersen, al wist ik wel een paar ereplaatsen bijeen te fietsen.'

Van den Berg gaat Tour de France-parcours van 2024 nauwkeurig bekijken

De Ronde van Spanje gold als de eerste grote ronde van Van den Berg, die als puncheur c.q. sprinter van dienst vijf keer naar een toptienresultaat snelde. In rit vier, met finish in Tarragona, leek de Nederlander in Amerikaanse dienst zelfs in winnende positie te verkeren, ware het niet dat hij op een cruciaal moment onderuit schoof. 'Ik denk zelf ook dat ik daar had gewonnen, aangezien ik me echt supergoed voelde. Ik wilde er een lange, machtige sprint van maken. Maar dat ging dus mis. De hekken versprongen een beetje, al ging ik sowieso heel hard die bocht in. Ik moest remmen en slipte toen weg. Dat was dus balen', duidt hij de misgelopen victorie in Catalonië. 'Het was extra klote, omdat het één van mijn beste kansen was.'

Wat zijn dan precies de plannen van Van den Berg met het oog op 2024? 'Onze programma's worden in december opgemaakt. Ik ga het Tour de France-parcours zeker wel bekijken', vertelt hij in het kader van het parcours van 'La Grande Boucle', dat op 25 oktober aanstaande gepubliceerd wordt. 'Ik zit in ieder geval zeer zeker op mijn plek bij deze ploeg. Ik word al vaak vooruitgeschoven als belangrijke pion, er zijn Nederlanders om mee te sparren en ik kan me er goed ontwikkelen. Vorig jaar verwachtte de ploeg dat ik in de pure massasprints ging mengen, maar dat is niet mijn ding.'

'Ze zijn nu beter op de hoogte dat mijn kracht ligt in de iets lastigere ritten, met wat klimmetjes in de finale. Kortom, een sprint wanneer de echte sprinters eraf zijn of een oplopende sprint. Ik wil me ook echt specialiseren in zulke spurts, al moet ik uiteraard wel blijven werken aan zowel de sprint als het bergop fietsen', spreekt Van den Berg klare taal. Peter Schep, de trainer van Van den Berg, noemt zijn poulain in dat kader een kruising tussen Magnus Cort en Michael Matthews. 'Daar kan ik me wel in vinden', beaamt de ex-Metec-renner.