IDL Neo | Maak kennis met Thymen Arensman: 'Ben een type Froome, Dumoulin'

Zoals elk jaar gaan er ook in 2020 nieuwe talenten, jong of als laatbloeier, de overstap naar de top van het wielrennen wagen. Sommigen zullen slagen en eeuwige wielerglorie vergaren, anderen zullen misschien ambities bij moeten stellen en zich in een dienende rol moeten plaatsen en een paar zijn na een jaar al weer weg. In de Leiderstrui brengt om de twee weken een nieuw gezicht in beeld en gaat dieper in op de resultaten, kenmerken en verwachtingen van de renner. Vandaag: Thymen Arensman van Team Sunweb.

Profiel:

Met Tom Dumoulin, Steven Kruijswijk, Wilco Kelderman en Bauke Mollema als klassementsrenners zijn de Nederlandse wielerfans behoorlijk verwend, maar de carrières van deze renners zijn vanzelfsprekend niet eeuwig houdbaar. Hoe staat het met de nieuwe generatie? In de Leiderstrui sprak met de talentvolle Thymen Arensman, die in de toekomst hoopt uit te groeien tot een goede klassementsrenner.

Arensman ziet ook kansen in Parijs-Roubaix: 'Ik denk dat ik er geschikt voor ben'

Arensman was in eerste instantie vooral veldrijder en won bij de junioren en beloften mooie crossen. Zijn ambities verschoven echter steeds meer naar de weg en dat pakte al snel goed uit. In zijn laatste seizoen als junior pakt hij al twee podiumplekken mee in internationale etappekoersen en het volgende jaar kende de eerstejaarsbelofte van toen 18 jaar gelijk een flinke uitschieter met een tweede plek in de Tour de l’Avenir 2018, achter niemand minder dan Tourwinnaar Tadej Pogacar. Ook de rest van de top-10 stond vol met namen die nu prof zijn, zoals Aleksandr Vlasov, Iván Sosa, Eddie Dunbar, Tobias Foss en João Almeida.

Naast talent voor de etappekoersen kan Arensman ook op een heel ander terrein goed uit de voeten en dat zijn de kasseien van Roubaix. In de toekomst hoopt hij ook een keer in de Helleklassieker te schitteren, vertelt hij aan In de Leiderstrui. ‘De ploeg zag ook dat ik derde werd in de belofteneditie (2018). ‘Ze zeiden daarover: ‘Als je dat leuk vindt en ook wil, dan kunnen we daar ook wat mee doen qua koersen.’ Dat is écht fijn om ook te kunnen doen. Ik denk dat mijn fysieke capaciteit er geschikt voor is en ik ook mentaal goed overweg kan met alle hectiek die bij klassiekers komt kijken’, aldus Arensman, voor wie een ontwikkeling als klassementsrenner wel het voornaamste doel blijft.

Arensman: 'Heb niet de bouw van een Colombiaanse klimmer'

Het klassementstalent van Sunweb is met zijn lengte van 1.90 meter in verhouding vrij lang voor een klimmer en hedendaags speelt de verhouding tussen lengte en gewicht misschien nog wel een grotere rol bij klassementsrenners dan voorheen. ‘Ik ben nog vrij weinig met voeding bezig geweest’, zegt Arensman daarover. ‘Mijn gewicht volgt gewoon wat ik eet. Er is wel goede begeleiding voor, maar dat is alleen als je er zelf mee bezig wil. Het is natuurlijk wel een feit dat ik niet de bouw van een Colombiaanse klimmer heb. Daar staat tegenover dat ik op een parcours als Parijs-Roubaix ook goed uit de voeten kan en geen tijd hoef te verliezen. Bovendien is mijn tijdrit ook stukken beter dan van een Colombiaan.’

‘Ik zie mezelf ook meer als een type Froome, Dumoulin’, gaat Arensman verder. ‘Dat zijn natuurlijk ook zware klimmers, die het op steilere stukken wat lastiger krijgen, maar ook genoeg in hun mars hebben om klimmerstypes op achterstand te zetten.’ Natuurlijk zal Arensman nog wel de nodige stappen moeten zetten om een klassementsrenner van niveau in grote rondes te worden. ‘Ten eerste hoop ik dat het er in zit. Het vergt natuurlijk superveel, vooral mentaal. Ik hoop een keer aan een grote ronde te proeven, om te ervaren wat er voor nodig is. Als belofte rijd je maar tien dagen. Ik heb al bewezen dat te kunnen. 21 dagen is daarentegen niet voor iedereen weggelegd. Dus ik hoop dat ik dat wel kan.’

Arensman voelt weinig druk: 'Daar pluk ik de vruchten van'

Voor de meeste klassementsrenners is de Tour de France het ultieme doel, maar niet per se de favoriete grote ronde. Hoe zit dat bij Arensman? ‘Ik vind de Giro toch wel echt de mooiste grote ronde. In de Tour staat altijd zoveel op het spel en met alle hectiek is het koersen misschien ook wel minder leuk. De Giro spreekt mij het meeste aan en is, wat ik hoor van de ervaren renners in de ploeg, ook de zwaarste. Waar echt wel de sterkste wint. Verder is het ook gewoon een mooi land.’

Arensman geniet door alle sterke Nederlandse klassementsrenners tot dusver van een fijne ontwikkeling in de luwte. ‘Ik denk dat ik daar de vruchten van pluk. Ik kan lekker mijn eigen ding doen in de schaduw, weinig media, reacties en druk. Dus ik kan gewoon jaar per jaar beter worden en dan over een paar jaar misschien een keer een mooie prestatie neerzetten in een grote ronde. En daarna is het prima dat er wat verwacht wordt als kopman.’

Arensman leert van ervaren renners: 'Ze zitten op de juiste plek wanneer het moet'

Ondertussen is Arensman bezig aan zijn eerste maanden als professioneel wielrenner bij Team Sunweb en dat bevalt hem goed. ‘Jazeker, als jonkies worden we super begeleid door de ploeg. We hebben tijdens de coronaperiode ook heel veel geleerd door onder andere elke week een meeting op Microsoft Teams te houden. Dan leer je heel veel van ervaren renners als Nicolas Roche en Chad Haga, maar ook van alle verschillende experts in de staf over verschillende onderdelen van het wielrennen, zoals voeding, tactieken en wedstrijdvoorbereiding. De begeleiding is echt top’, strooit Arensman met complimenten.

Naast de theoriekant is mogelijk de praktijkkant nog wel belangrijker en die begon voor Arensman in de Tour de l’Ain. ‘Door in koers bij mannen als Haga en Martijn Tusveld te blijven, daar leer je veel van, zoals de keuzes die ze maken. Als je bij hen in de buurt blijft, dan is het makkelijker dan als je je eigen weg moet kiezen. Ze zitten op de juiste plek wanneer het moet en ze zeggen tegen je: ‘Het kan nu weleens gebeuren en op deze klim moet je er zitten.’ Daar leer je constant van bij.’

Verder was het voor Arensman natuurlijk ook wennen aan het hogere niveau bij de profs. ‘Het is een heel apart seizoen. Bij mijn eerste koersen stonden de meeste profs ook voor hun eerste koers van het seizoen. Het niveau lag voor mijn gevoel al gelijk superhoog.’ Volgens Arensman had dat ook te maken met de lange coronapauze. ‘Iedereen heeft gewoon heel goed kunnen trainen. Dat merk je ook in andere wedstrijden, het tempo ligt bergop en in het algemeen gewoon hoger.’

Arensman voorziet geen problemen met leeftijdsgenoten: 'Zijn professioneel genoeg'

Waar Arensman bij menig ploeg hét grote klassementstalent zou zijn, is dat bij Sunweb wel anders. De ploeg zet vol in op de toekomst en heeft met Ilan Van Wilder, Mark Donovan en de na dit seizoen aansluitende Andreas Leknessund en Marco Brenner goud in handen wat betreft klassementstalent. Gaat dat in de toekomst niet tot botsende ambities leiden? ‘Ik ben geen profeet, maar ik merkte op het vorige trainingskamp in Kühtai dat we een fijne groep hebben en we elke dag super met elkaar overweg konden. Na het trainen zaten we bij elkaar om te praten, bijna als een vriendengroep. Vooral met Ilan, die redelijk dichtbij woont, ga ik weleens trainen in de Ardennen en dan is het altijd superleuk en gezellig.’

Arensman voorziet dan ook geen onderlinge problemen. ‘Het contact dat ik heb met mijn jongere ploeggenoten is gewoon supergoed. We stuwen elkaar naar een hoger niveau en iedereen is leergierig. Voor nu is het alleen positiviteit. Met Leknessund heb ik ook wel goed contact. Brenner ken ik niet echt, die is een stuk jonger (18 jaar). Maar ik denk dat hij ook gewoon een aardige jongen is. Ik denk dat het geen probleem is als er in de toekomst iemand een keer sterker dan de rest is. We zijn dan professioneel genoeg om te zeggen: we rijden voor jou. Daarnaast kan de staf dat prima in goede banen leiden.’

Arensman geniet van koersstijl Sunweb in Tour: 'Om en om demarreren'

Dat de investering van Sunweb in jong talent veel moois kan opleveren, bleek al uit de recente Tour de France, waar Marc Hirschi op indrukwekkende wijze een ritzege pakte en twee keer net misgreep. De overwinning van de Zwitser kwam mede tot stand door een attractieve koersstijl, waarin nagenoeg iedere renner van de ploeg een rol vertolkte. Arensman keek er met plezier naar. ‘Ik denk dat het voor de kijkers ook mooi was om te zien. Het is gewoon om en om demarreren. In een treintje omhoog rijden laat ook de kracht van een ploeg zien, maar om en om aanvallen, is ook een teamprestatie en mooi voor de kijkers thuis, een beetje spanning, actie en attractief koersen.’

De aanvallende koerswijze van Sunweb had ook te maken met het gebrek aan een kopman voor het algemeen klassement. Volgend jaar is er met Romain Bardet weer een renner bij die een hoge klassering in de Tour zou kunnen nastreven, hij reed immers al twee keer naar het podium. Arensman denkt dat het niet zoveel zal veranderen. ‘Ik denk dat de komst van Bardet en het vertrek van Sam (Oomen) en Wilco (Kelderman) goed bij het nieuwe Sunweb past, gewoon wat vrijer koersen, zoals Bardet, wat ik van de media meekrijg, graag wil. Daarnaast neemt hij natuurlijk een ton aan ervaring met zich mee. Wij kunnen daar superveel van leren, bijvoorbeeld zijn ervaring in het klassement van een grote ronde. En als type renner past hij ook supergoed in het attractieve koersen wat Sunweb nu doet.’

Start Arensman in Vuelta?: 'Nog niks definitiefs'

Hoe de manier van koersen van Sunweb ook wordt volgend jaar, in de Vuelta a España zal er een ploeg van jonge honden aan de start staan die vrijuit mogen koersen. De voorselectie bestaat namelijk uit elf renners waarvan acht 23 jaar of jonger zijn. Eén daarvan is Arensman. ‘Er is nog niks definitiefs, maar het is sowieso al een eer dat ze mij in de voorselectie hebben opgenomen.’

De ploeg toont met een plek in de voorselectie voor de Vuelta dus veel vertrouwen in Arensman. Maar is een grote ronde wel verstandig voor een 20-jarige renner, die nog maar enkele maanden prof is? ‘Ik had zelf wel mijn twijfels erover, vanwege mijn jonge leeftijd’, is Arensman eerlijk. ‘Verder is een grote ronde superzwaar natuurlijk en iedereen gaat over zijn limiet. Daar was ik vooral bang voor, dat ik te ver over mijn limiet zou gaan en daardoor mijn lichaam naar de kloten zou helpen.’

Arensman: 'Denk dat er weer Tourpraktijken gaan gebeuren in de Vuelta'

Sunweb stelde Arensman echter gerust. ‘Het team zei: ‘Fysiek ben je daar sterk genoeg voor en je herstelt ook supergoed.’ Het klinkt dus positief, maar ik wacht nog op een bericht van het team.’ Een door de ploeg overtuigde Arensman verwacht dat het rijden van een grote ronde hem sterker zal maken. ‘Ik heb het natuurlijk nooit zelf ervaren, maar drie weken koersen is gewoon superzwaar en daar word je beter van. Volgens het team is dat ook een feit. Als je elke dag goed kan herstellen, je ding kan doen zonder druk, dan pluk je daar de vruchten van een jaar later.’

Als voorbeeld noemt Arensman zijn ploeggenoot Cees Bol, die als eerstejaarsprof vorig jaar zijn debuut maakte in de Tour de France. ‘Mede daardoor heef hij dit jaar hele mooie dingen (twee keer podium in een Touretappe) laten zien. Hij zei zelf ook dat hij een stuk sterker was geworden.’

Het mag duidelijk zijn dat het zelfvertrouwen en enthousiasme van Arensman om te debuteren in zijn eerste grote ronde in een stijgende lijn zit en als hij mag starten, dan hoopt hij te koersen met de ploeg zoals in de Tour. ‘Ja, ik denk dat er weer Tourpraktijken gaan gebeuren in de Vuelta. Dat is mijn vermoeden’, vertelt hij lachend. ‘Er is geen echte kopman en het lijkt me heel leuk om mee te gaan en dan attractief te koersen. Alles mag en niets moet. Dat is heel leuk koersen, ook voor de kijkers.’ (Foto’s: Team Sunweb / Cor Vos)

Voor meer IDL Neo, klik hier.

Wilbert van der Velde (w.vandervelde@indeleiderstrui.nl)