Afscheidnemende Sagan kan niets met vergelijking wielertijdperken: 'Discussie komt nooit ten einde'

Na nog een heel kort avontuur bij Pierre Baguette Cycling Team kwam er halverwege 2024 dan toch echt een einde aan de wegcarrière van Peter Sagan. Na vijftien jaar bij de profs hing de 34-jarige Slowaak zijn fiets aan de wilgen. De driemalig wereldkampioen op de weg vertelde in de Cyclist Magazine Podcast over zijn huidige leven. Daarin wilt hij het huidige wielrennen vooral niet vergelijken met vroeger...

Zijn drie regenboogtruien won Sagan in achtereenvolgende jaren, namelijk 2015, 2016 en 2017. Met drie WK-titels is hij mede-recordhouder, samen met Alfredo Binda, Rik van Steenbergen, Eddy Merckx en Óscar Freire. Daarnaast won hij met Parijs-Roubaix en de Ronde van Vlaanderen ook nog twee Monumenten. In de Tour pakte hij in totaal twaalf zeges, waarmee hij ook zeven keer de groene trui mee naar huis nam. Een bijzonder imposante carrière dus, al haalt hij de cijfers van toen bij lange na niet meer.

'Ik kom niet meer aan de wattages van vroeger', zo verklaart Sagan. 'Ik sport nog wel veel en ik rijd ook nog wel op de fiets, maar ik moet zeggen dat ik zeker de conditie niet heb die ik had als prof.' Het is vooral het sociale aspect van het wielrennen dat de Slowaak nog zo leuk vindt, al doet fietst hij ook wel eens binnen. 'Ik houd ervan om met mensen te fietsen of op een online-platform, maar het is heel anders dat het hiervoor was.'

Met alle ongekende prestaties in de wielrennerij van tegenwoordig, zoals bijvoorbeeld het wonderjaar van Tadej Pogacar, wordt het wielrennen steeds vaker vergeleken met het wielrennen van vroeger. Ook Sagan werd daar naar gevraagd, al kan hij daar maar weinig mee. 'Je kunt de wielersport van nu niet vergelijken met wielrennen van vijf, tien of vijftien jaar geleden. Dan praat je over iets wat we toch nooit zullen weten.'

Lees verder onder de foto!

'Wat hij allemaal al heeft gewonnen is heel speciaal', aldus Sagan over Pogacar

'Ik rijd nu niet meer tegen ze, maar ik streed alleen tegen ze toen ik al later in mijn carrière was', blikt de Slowaak terug op de laatste jaren van zijn carrière waarin hij het onder andere opnam tegen Pogacar, Mathieu van der Poel en Wout van Aert. 'De wielersport is de laatste jaren zo anders geworden dat het niet te vergelijken is. Het is alsof je de sport gaat vergelijken met de tijd van Eddy Merckx. We kunnen daarover praten, maar die discussie komt nooit ten einde. We zullen het gewoon nooit weten.'

Toch kijkt de Slowaak nog al te graag naar koersen als de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix, of ook sommige etappes in de Tour en de Vuelta. Daarin zag ook hij de machtsvertoningen van Pogi. 'Hij is overal sterk. In de toekomst kan hij misschien Parijs-Roubaix doen. Wat hij allemaal al heeft gewonnen, is heel speciaal in dit tijdperk van de wielersport', sluit de driemalig wereldkampioen af.