Alpecin-Fenix debuteert 26 juni in de Tour de France. Dat de ploeg niet behoort tot de WorldTour, doet alvast weinig af van de ambities, want die zijn met Mathieu van der Poel groot. ‘De eerste en de tweede rit zijn voor ons extreem belangrijk’, vertelt ploegleider Christoph Roodhooft in de Sporza-podcast de Tribune.
Dat de eerste twee Touretappes zo belangrijk zijn voor Alpecin-Fenix heeft alles te maken met hun goudhaantje Van der Poel. De eerste en de tweede etappe van de Tour finishen namelijk op een steile heuvel en dat is iets waar de Nederlander wel raad mee weet. ‘Dat zijn twee aankomsten die Van der Poel echt liggen’, aldus Roodhooft.
Van der Poel is echter niet de enige kans voor Alpecin-Fenix op ritsucces. Zo zouden Tim Merlier en Jasper Philipsen in de massasprints een goed figuur moeten kunnen slaan. Roodhooft kijk in eerste instantie dan vooral naar etappe drie en vier. ‘Maar hoe we de derde en de vierde rit aanpakken, zal afhangen van hoe die eerste twee ritten verlopen. Dat zijn trouwens ook verschillende aankomsten. De ene ligt Merlier beter, de rit naar Fougères is volgens mij meer iets voor Philipsen.’
'Op de eerste rustdag zullen we nuchter bekijken hoe het voort moet'
Het is echter nog afwachten hoe Philipsen aan de start zal staan van de Tour. Hij liep recent namelijk een knieblessure op in de Belgium Tour. Hoewel het herstel vordert, houdt Roodhooft een slag om de arm. ‘Hij heeft al wat gefietst, maar koersen is nog anders.’ Verder is er nog de vraag of Van der Poel de Tour zal uitrijden met het oog op de Olympische Spelen, waar hij voor goud gaat in het mountainbiken. Roodhooft laat daarover weinig los. ‘Op de eerste rustdag zullen we nuchter bekijken hoe het voort moet.’
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties