Als er één familienaam verweven is in het Nederlandse spurtlandschap, dan is het de naam Van Poppel wel. Vader Jean-Paul won negen etappes in de Tour de France, zoons Danny en Boy zetten nu de spurtlijnen uit bij WorldTour-teams BORA-hansgrohe en Intermarché-Wanty. In de Leiderstrui sprak uitgebreid met Boy over het lead-out zijn in het geheel.
Op 36-jarige leeftijd begint Van Poppel alweer aan zijn veertiende seizoen als fulltime-prof en aan de vooravond daarvan is er een verandering doorgevoerd. 'Ik ga komend jaar de lead-out doen voor Arne Marit in plaats van Gerben Thijssen', aldus de Nederlander. 'Daar hebben we best veel over gediscussieerd. Gerben was het daar in eerste instantie niet echt mee eens en ik eigenlijk ook niet. Ik word nu de lead-out van Arne Marit. Daarover hebben we veel gesprekken gehad met de ploegleiders en zo en uiteindelijk kwam het er op neer dat ik nodig ben om van Arne een topsprinter te maken. De manier waarop Aike dat zei, vond ik wel een hele eer', vertelde de immer bescheiden coureur.
‘Uiteraard wil je ook met Gerben meegroeien, maar aan de andere kant… al die koersen zoals de Tour heb ik al gereden en voor mij is er misschien meer te halen met Arne. Ik heb al gezien dat er heel veel potentie zit in die jongen, maar er zijn nog wel wat puntjes waaraan we kunnen werken. Hopelijk kunnen we er net zo’n mooi project als Arne van maken, want je ziet daar ook: kwaliteit kost tijd. En dat gaat natuurlijk met ups en downs', weet de ervaren Van Poppel maar al te goed.
Thijssen kon lead-out Van Poppel echt uitschelden: 'Dat vond ik wel mooi'
‘Ik denk dat we ons ten doel moeten stellen met Arne om de basis groot te maken, zodat je op alle scenario’s kan inspelen in een sprint. Zo krijgt hij meer ervaring en dan ziet hij ook echt wat er gaat gebeuren. Dat is het eerste doel, en dan kunnen we wel verder gaan kijken naar overwinningen', geeft Van Poppel te kennen. Marit was er in de afgelopen Giro nochtans al dicht bij. 'Maar het is belangrijker om eerst overal mee te kunnen doen voor de zege. Dat is wat er nu ook met Gerben is gebeurd. Je moet eerst die kleinere wedstrijden kunnen winnen, dan kun je daarna naar de grotere koersen gaan. Elke sprint is anders en van elke spurt neem je wat mee.’
Thijssen wil komend seizoen oogsten in de Giro en doet dat dus met Adrien Petit als lead-out in plaats van Poppel. 'Maar het is ook niet dat ik helemaal niet met Gerben ga werken. We rijden nog wel zes of zeven koersen dit jaar. Gerben had het genoegen om met mij te werken, omdat ik alles voor hem regelde. Dat was nodig om van hem een topspurter te maken, maar nu is de volgende stap om die dingen zelf te doen. Nu moet hij dat proberen zelf te doen, want er gaat ook een tijd komen dat ik er niet meer ben. Ik heb hem gezegd dat hij ook Adrien Petit moet vertrouwen, want anders ben je al verloren voordat de wedstrijd begint.’
Die relatie tussen Van Poppel en Thijssen, dat was wel een bijzondere. ‘Bij Gerben was ik er om hem rustig te houden. In de finales kon hij me echt uitschelden, maar juist dan wist ik: dan is hij goed, als hij dat doet. Zulke dingen vond ik wel mooi. Dat werkte met Gerben zo dat ik tegen hem zei: jij hoeft alleen maar mijn wiel te volgen, ik regel de rest en dan kun jij sprinten. Zo neem ik alle zorgen weg, want er staat natuurlijk een hoop druk op die jongens. Die verantwoordelijkheid ligt dan bij mij.’
Van Poppel met Marit tegen grote jongens in UAE Tour
En zo gaat het ook met Marit moeten gaan, komend seizoen. ‘Ik probeer die jongens voor mij goed te coachen, zodat we echt als een team kunnen rijden. We gaan natuurlijk altijd voor een lead-out tot enkele honderden meters van de meet. Hoe verder ik kan komen, hoe meer ik in de laatste kilometer kan doen voor de sprinter. Maar soms is het ook zo dat ik mijn werk natuurlijk eerder moet doen', weet hij na al die jaren ervaring maar al te goed.
Waar gaan we de nieuwe sprinttrein met Boy erin dan aan het werk zien? ‘Valencia, Murcia/Almeria en dan naar UAE Tour, waar we tegen de grote ploegen op moeten boksen. Daar verwacht ik nog niet teveel van, maar het is wel goed om die trein een paar keer uit te testen. Dat is het doel, denk ik. Daarna gaan we naar de Belgische wedstrijden: Criquelion, Monseré, Nokere… het Thijssen-traject. En dan de Vuelta aan het einde van dit jaar.’
Andere lead-outs als broer Danny en Mike Teunissen gaven aan dat het er niet rustiger op wordt in de spurts. Integendeel zelfs, maar hoe ziet de inmiddels 36-jarige Van Poppel dat? ‘Het went', lacht hij zijn tanden bloot. 'Er zit wel een verschil tussen pakweg een UAE Tour en een Belgische kleinere koers, want in de Verenigde Arabische Emiraten is het een stuk meer georganiseerd. Daar heb je duidelijke treintjes en is er ook wat meer respect, terwijl het op een lager niveau soms op leven en dood is. Af en toe gaat het nergens over, maar ik begrijp het ook wel: ik ben ook jong geweest en al die jongens willen ook prof worden. Misschien is desbetreffende koers wel dé kans om prof te worden', vat Van Poppel het samen.
In de sprintappp van familie-Van Poppel wordt niet al teveel over sprinten gepraat
Boy zijn seizoen moet nog beginnen, maar de afgelopen weken zagen we al heel wat Van Poppel op beeld: broer Danny boekte in zijn eerste koers van het jaar met Sam Welsford als nieuwe BORA-hansgrohe-spurter direct drie zeges. 'Als ik ’s ochtends opstond, keek ik als eerste wat er daar gebeurd was. ‘Zoals Danny het doet... dat is uit het boekje. Maar het ligt ook aan wie er voor hem zit. Dan zijn de ervaren renners en daar kun je die dingen makkelijker mee doen dan de jonge gasten', doelt hij op positioner Ryan Mullen bij BORA-hansgrohe.
Contact had hij vanaf de andere kant van de wereld ook met zijn broer. '‘Voor hem is het gewoon supergoed. Er staat veel minder druk op hem en dan zie je dat hij in zijn element is. Hij heeft een heel goede positioner voor hem met Mullen, waardoor hij ook echt zijn kracht kwijt kan in de laatste kilometer', analyseert Van Poppel. 'Daardoor wordt zijn sprinter supergoed gelanceerd en dan kunnen er niet veel meer aan te pas komen. Ik denk niet dat het de laatste zijn, dit jaar', grinnikt Boy, die er richting zijn begin van het jaar nog wel wat van op kan steken.
‘Ik kijk wel wat hij goed doet en niet goed doet', stelt hij. 'Daar kan ik niet veel op aanmerken, maar in één rit van de Tour Down Under kwam Sam Welsford er al heel snel over. Danny zat toen eigenlijk maar een paar secondes op kop', stelt de analist in Boy. 'Dan hebben we het er daarna wel over: nu kan dat misschien, maar tegen pakweg Gerben is de kans groter dat hij er overheen kan komen. Dat soort dingen praten we wel over, maar dat is altijd zo geweest. Eigenlijk hebben we het wel zo min mogelijk over het wielrennen, daar zijn we al zoveel mee bezig en daar bestaat al zo’n groot deel van ons seizoen uit. Af en toe gaat het erover in de groepsapp die we hebben met Danny en mijn vader, maar dat is het dan ook.'
Tom van der Salm (Twitter: @TomvanderSalm) | e-mail: t.vandersalm@indeleiderstrui.nl)
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties