Egan Bernal was zondag helemaal in de wolken met zijn derde plek bij het Colombiaans kampioenschap. De renner van INEOS Grenadiers gaf er weinig om dat hij de zege op drie seconden misliep, Bernal keek liever naar de uitstekende benen die hij bij zich had.
Bernal ging op dik zeventig kilometer van de streep in de aanval, samen met Sergio Higuita van BORA-hansgrohe. Ze achtervolgden samen tot aan de streep, maar kwamen uiteindelijk enkele seconden te kort om winnaar Alejandro Osorio nog terug te halen. De vroege vluchter zorgde daarmee als continentale renner voor de stunt van de dag, maar ook Bernal was na afloop blij.
In een reactie bij RCI Noticias vertelt de klimmer dat hij na twee jaar vechten eindelijk weer het goede gevoel had op de fiets. Nadat Bernal in januari van 2022 bij een crash met een bus zwaar geblesseerd raakte, was hij twee jaar lang aan het revalideren, opbouwen en terugkomen. Het doel is om in 2024 eindelijk weer echt voor resultaten te rijden.
Bernal koerste weer zonder angst
De podiumplek in eigen land was daarom een opsteker. 'Op een bepaald punt voelde ik me nostalgisch in de wedstrijd, omdat ik me weer de Egan van vroeger voelde. Ik dacht: Damn, ik ga hier alles geven. Het maakte me niet meer uit of ik zou worden gelost, we gingen vol gas op iedere klim. Zo koerste ik voorheen ook altijd, zonder angst en ik denk dat ik dat voor het eerst weer voelde vandaag.'
'Dat was cool', zegt Bernal met gevoel voor understatement. Want dat hij in 2023 de Tour de France en de Vuelta a España reed, was leuk, maar hij deed er wat anoniem mee. De nog altijd pas 27-jarige oud-Tour- en Girowinnaar wil meer. 'We begrepen elkaar in de achtervolging en moedigden elkaar aan. Het was een mooie samenwerking, waarbij niemand inhield en spelletjes speelde. Dat maakt het koersen nog leuker. Het was all-in en het ging superhard, daar genoot ik van.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties