Tim Merlier slaagde er woensdag voor de eerste maal in zijn loopbaan in om de Scheldeprijs te Schoten naar zijn hand te zetten. De Vlaming van Soudal Quick-Step was daar uiteraard dolgelukkig mee, maar veel tijd om na te genieten is er niet: zondag wacht namelijk Parijs-Roubaix, het Monument dat hem - helemaal in deze vorm - het beste zou moeten liggen. Dat was dan ook vooral het gespreksonderwerp op de persconferentie met onder meer In de Leiderstrui.
'Het doet deugd', merkte Merlier enigszins droogjes op toen hij werd gevraagd naar zijn overwinning in de Scheldeprijs. Gek is dat niet, daar hij natuurlijk al een heel resem aan TV-interviews en dergelijke af moest werken. 'Het is mijn zevende overwinning in een heel goed seizoen, dus dat is wel iets om trots op te zijn', liet hij zich nog ontvallen.
Dat Merlier in het zogezegd 'WK voor spurters' Jasper Philipsen en co kon kloppen, kwam voor hem dus niet echt als een grote verrassing na zijn komeetstart van het 2024-seizoen. ‘In de Ronde van Vlaanderen voelde ik mij al goed. Daar kreeg ik ook veel berichtjes over, dat ik een goede koers heb gereden. Misschien is het niet iedereen opgevallen, maar toch. Dat gold ook voor de Scheldeprijs. Het waren niet de beste benen, maar toch goed genoeg om mee te doen voor de waaiers.’ En wie lek rijdt in de slotronde en dan tóch nog kan winnen, moet toch ook over een sterk staaltje zenuwen én benen beschikken.
Lees verder onder de foto.
Merlier weigert te euforisch te worden: 'Binnen een paar weken zijn ze dat vergeten'
Wie denkt dat de nuchtere Belg nu op een wolk zit, komt bedrogen uit. ‘We moeten realistisch zijn', corrigeert Merlier op het moment dat hem een favorietenrol wordt toegeschreven voor Parijs-Roubaix. 'Ik krijg nu de status en er staat rap een mooie titel in de krant, maar binnen een paar weken zijn ze dat vergeten. Ik heb nu zeven zeges, maar als het lang duurt tot mijn achtste gaan er ook commentaren komen.’
Toch is het zo dat hij de vooruitgeschoven man bij Soudal Quick-Step voor Parijs-Roubaix gaat zijn. Merlier won Nokere Koerse, de Scheldeprijs, eindigde als tweede in De Panne en werd achtste in Wevelgem, maar voor de rest verliepen de Vlaamse klassiekers voor zijn ploeg niet van een leien dakje. 21e in de Omloop (Yves Lampaert), 28e in E3 Saxo (Lampaert), 26e in Dwars door Vlaanderen (Julian Alaphilippe) en 18e in de Hoogmis met Lampaert: het zijn geen resultaten waar Patrick Lefevere een fles champagne op opentrekt, wetende dat er met Kasper Asgreen en Gianni Moscon nog genoeg talent aanwezig is.
Merlier benoemt ideaal scenario voor Parijs-Roubaix
Lefevere staat wel bekend om zijn uitspraak 'we maken de rekening op na Luik' en dan lijkt Roubaix in potentie dé koers om het tij te keren. 'De vorm is goed en ik heb het vertrouwen, maar je hebt ook het geluk nodig', weet Merlier, die er vertrouwen in heeft. 'Ik geloof dat er iets mogelijk is. Dan spreek ik niet over winnen, maar ik denk wel dat er wat mogelijk is. Een ideaal scenario zou het Philipsen-scenario voor Milaan-Sanremo zijn: met vijftien man naar de streep en dan net rap genoeg zijn. Maar ik kan ook meekoersen en zo de ploeg in een zetel zetten.’
Kopman van Soudal Quick-Step: Merlier tovert een glimlach op het gezicht op het moment dat hij het te horen krijgt. ‘Als je mij dat vijf jaar geleden had gezegd, had ik het niet geloofd', aldus de Belg, die de problematiek rondom enkele sterke ploeggenoten probeert te duiden. 'Ik denk dat we genoeg talent hebben, maar bij sommige kopmannen is het moeilijk om het in het hoofd om te draaien als het niet loopt. Dat is als een sprinter die vroeg in het seizoen niet kan winnen. Dan duurt het meestal wat langer om op dreef te komen. Nu hebben we bewezen dat we niet weggefietst worden.’
Lees verder onder de foto.
Als crosser zou Merlier goed kunnen gaan op de mogelijk verraderlijke omstandigheden: nu veel regen, op de dag zelf droog. ‘Op de weersomstandigheden kun je je zot kijken. De ene keer is het regen, dan weer 24 graden en dan waait het weer. Ik heb al wat gekeken, met Bert Van Lerberghe. Dat is mijn beste maat, al sinds mijn twaalfde. We hebben dikwijls een discussie, maar dat maakt het ook wel leuk.’
Enter Van Lerberghe, de vaste lead-out en koerscompagnon van Merlier. Wat verwacht hij van zijn kopman in Roubaix? 'In Roubaix kunnen we met wat mannen ver in de koers geraken', doelt hij op de geluksfactor en het ontbreken van selectieve hellingen. 'Tim ook. Ik zeg niet dat hij kan winnen, maar hij kan ver komen', aldus de immer bescheiden man uit Kortrijk over de kansen van Merlier.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties