Lefevere zal nooit helemaal afscheid nemen van Quick Step: 'Niet op de manier die sommigen verwachten'

Nu Patrick Lefevere stopt als CEO van Soudal Quick-Step is de vraag hoe het verder gaat met de Belgische ploeg. Maar de 69-jarige Belg, die volgende week 70 jaar wordt, ziet dat zijn formatie in goede handen komt. In gesprek met Het Nieuwsblad vertelt hij over zijn plannen voor na zijn vertrek bij de ploeg die hij zelf heeft opgebouwd.

'Pas op, officieel ben ik al vijf jaar op pensioen, maar ik ben altijd blijven voortwerken', is hij direct stellig over zijn vertrek. 'Ik heb de ploeg opgericht in 2003, en ik heb gewacht om zeker te zijn dat de ploeg zou blijven bestaan. You never know what happens in the world, maar de toekomst is verzekerd tot en met 2027. Met Jurgen Foré staat er ook een goede opvolger klaar, die mijn taak gaat overnemen vanaf 1 januari. Dan zit het erop voor mij.'

Zal Lefevere nog vaak te zien zijn bij de koers? 'Misschien wel, maar niet op de manier die sommigen verwachten. Ik ga niet als een zielig ventje aan de zijlijn blijven rondlopen of aan de start naar iedereen zwaaien. Jurgen vraagt wel mijn advies, maar ik ga niet als een soort peetvader in de buurt blijven en de mechaniekers of de verzorgers vertellen over hoe het vroeger beter was. Dan zou ik hem tackelen zonder bal, en dat is niet mijn stijl. Mij opvolgen is geen cadeau, en ik zet met plezier een stap opzij.'

Lees verder onder de foto!

'Heb altijd geprobeerd om geen ploeg rond één renner op te bouwen, maar...'

De Belgische CEO zal eveneens afscheid nemen van Remco Evenepoel in werkverband. De 25-jarige ster is uitgegroeid tot het uithangbord van de ploeg. 'Ik heb altijd geprobeerd om geen ploeg rond één renner op te bouwen, maar je kan er niet omheen dat hij momenteel de man van de ploeg is die we op alle mogelijke manieren proberen te ondersteunen. Ik denk niet dat we voor iemand moeten onderdoen. Ik zeg dat in alle bescheidenheid, ik heb geen dikke nek. De Hollanders zijn betere marketeers en steken het in een mooier pakje, maar wij West-Vlamingen, wij doen het.'