Philipsen over zijn kansen in Parijs-Roubaix, samenwerken met Van der Poel en de geluksfactor op Franse kasseien

In Parijs-Roubaix zijn logischerwijs vrijwel alle ogen gericht op Mathieu van der Poel. Met Jasper Philipsen heeft Alpecin-Deceuninck echter nóg een héél gevaarlijke troefkaart achter de hand. Op de persconferentie, waar ook In de Leiderstrui bij was, blikte de Vlaming vooruit op zijn kansen.

Van der Poel en Philipsen. Naast elkaar zaten ze, op vrijdagochtend daar in het hoofdkwartier van Deceuninck. De kans dat het krachtige duo zondagmiddag (of zondagavond) ook naast elkaar op het podium van de Hel van het Noorden staat, lijkt levensgroot. Beide heren verkeren in uitstekende vorm en weten inmiddels wel hoe het is om met, maar zeker ook vóór elkaar te rijden. Zie Milaan-Sanremo van begin maart, toen de wereldkampioen zich het schompes werkte voor de Vlam van Ham. In Parijs-Roubaix van 2023 waren de rollen dan weer omgedraaid. Van der Poel won, Philipsen klopte Wout van Aert in de sprint om plek twee en het feest was compleet.

'Positionering, maar ook de geluksfactor', aldus Philipsen

En óf het een feest was vorig jaar. 'Het is prachtig om in de Vélodrome te kunnen winnen. En als Jasper dan vervolgens naar plek twee sprint, is het feestje natuurlijk helemaal compleet. De afterparty was dus zeer zeker ook geslaagd. Dat was geweldig', blikte ook Van der Poel vrijdagochtend in West-Vlaanderen terug op de vorige editie. Philipsen, nog altijd 'maar' 26 lentes jong, was alvast heel duidelijk in het kader van de beruchte maar o zo populaire kasseiklassieker. 'Ik denk dat Parijs-Roubaix deels over geluk hebben gaat, maar ook over positioneren. Als je goed bent, zit je vooraan. En dan blijf je meestal uit de problemen.'

'Als je minder goed bent, zit je in het midden van het peloton. Daar gebeuren de meeste pechgevallen', verklaarde het sprintfenomeen - al is hij natuurlijk veel meer dan dat - zich nader. 'Het is dus wel voor een deel de geluksfactor, maar voor mij heeft het ook veel van doen met positionering.' Hoe Philipsen dan kan winnen in Parijs-Roubaix? 'Met een klein groepje naar de piste rijden en nog iets extra in de benen hebben voor de sprint', is er geen woord Spaans bij.

Philipsen over hypothetische Vélodrome-situatie met Van der Poel

Philipsen heeft al een Monument op zak, Van der Poel uiteraard ook. Volgens de Vlaming verandert dat wel wat aanstaande zondag. 'Het is goed dat we ons niet meer hoeven te bewijzen in het voorjaar. Of dat Parijs-Roubaix de laatste kans is. In Roubaix kan immers door pech je kans opeens verkeken zijn. Die zeges die we al hebben geven juist extra vertrouwen. We zijn hongerig om zondag weer voor die zege te gaan.' Kortom, ambitie troef bij de heren van Alpecin-Deceuninck, de ploeg die wordt geleid door de gebroeders Roodhooft.

We noemden het daarjuist al even: vorig jaar werden Van der Poel eerste en tweede. Bestaat er dit jaar een mogelijkheid dat de kameraden met z'n tweetjes de Vélodrome opdraaien? 'Ik denk dat onze kaarten dan al wel op tafel liggen. We zullen ook in die situatie duidelijke instructies gekregen hebben. Maar we moeten eerst in die situatie terecht zien te komen', liep Philipsen duidelijk niet te ver op de zaken vooruit. 'Wat er gebeurt en wie er wint als Jasper en ik met z’n tweeën voorop zitten? Als we dan eenmaal aankomen bij de Vélodrome, gaat Jasper naar links en ik naar rechts', ging de wereldkampioen dan weer op grappende wijze in op die vraag. 'Dat doen we niet, hè', knipoogde Philipsen daarop, goed voor een flinke portie gelach in de perszaal.

Youri van den Berg (Twitter: @YourivndnBerg)