Pogacar legt uit hoe hij 2.44 (!) van zijn 3.41 voorsprong pakte in Giro-tijdritten: 'En heb nog veel marge'

Tadej Pogacar probeerde de afgelopen maanden nog in alle macht om zijn tijdritcapaciteiten af te doen als een minder aspect van zijn krachten-arsenaal, maar die uitspraken kunnen na deze Giro d'Italia de prullenbak in. Nadat hij op dag zeven op een klimparcours al had uitgedeeld met de winst, werd hij op zaterdag in een biljartvlakke tijdrit doodleuk tweede achter Filippo Ganna.

'Ik mag heel tevreden zijn met dit resultaat', begon Pogacar met gevoel voor understatement in de vele flash interviews. 'Uiteindelijk zit ik niet heel ver van misschien wel de beste tijdrijder ter wereld af. Laat ik zeggen dat Filippo samen met Remco Evenepoel en Joshua Tarling het groepje met allerbeste tijdrijders vormt. Vandaag paste het parcours beter bij Filippo dan bij mij, maar ik heb er toch zeker van genoten. Ik voelde me goed, vooral op het eerste stuk, waar het erg technisch was. Dat lag me wel. Ik heb een mooie eindtijd neergezet en tijd gepakt op mijn concurrenten. Daar ben ik blij mee.'

Dat Pogacar lange tijd gelijke tred hield met Ganna, was ook het plan. Dat biechtte de Sloveen op in de persconferentie na afloop. 'We konden aan Ganna's tussentijden zien dat hij in het tweede deel een geweldig tempo reed. Dat deel van het parcours lag hem ook het beste, dus heb ik geprobeerd het andersom aan te vliegen: rap vanuit het begin, wat met meer op en af en meer bochten beter was voor mij. De laatste twaalf kilometer was minder gunstig voor mij, dus heb ik daar vooral mijn power proberen te managen. Ik wilde mezelf niet vermoorden. Ik wist bij het laatste tussenpunt al dat ik Ganna waarschijnlijk niet kon kloppen, ook als ik nog magische benen had gevonden. Ganna heeft het goed gedaan en ik ook, maar hij was sterker.'

Lees verder onder de foto

Pogacar werkte keihard aan tijdrit en streeft naar perfectie in de zomer

Pogacar, die na zijn eerste Giro-tijdrit nog verklapte dat hij de tijdritfiets best een tijdje wat minder leuk vond, zette na een dramatisch WK tijdrijden in 2023 zijn schouders eronder. Samen met UAE-Team Emirates werd hard gewerkt om door te ontwikkelen. 'We hebben mijn positie vorig jaar voor het WK tijdrijden al verbeterd, maar die bleek iets te agressief. Dat gooide mijn bilspieren in de war en mentaal was het ook lastig. We hebben de positie iets minder agressief gemaakt en ik heb tevens gewerkt aan mijn fysiek, dat is sindsdien iedere training vooruit gegaan. Ik ben heel tevreden met de richting die we op zijn gegaan en met de verbetering van mijn positie, fysiek, benen, motivatie... We moeten ons focussen op ieder detail op de fiets.'

Pogacar benadrukt daarbij dat hij er nog niet is. De Giro d'Italia wordt door wielerfans als een soort verkapte trainingsstage gezien richting de Tour de France en wat betreft het tijdrijden is dat zeker waar. 'Ik blijf stappen maken in het tijdrijden, net als de hele wielersport in de komende jaren. En ik heb nog veel marge, dus laten we het stap voor stap aanpakken. Ik ben momenteel in een goede positie, maar ik zal moeten blijven werken aan de details, ook richting de Tour de France. Daar willen we perfectie nastreven, al zal er in de komende jaren ongetwijfeld weer iets nieuws komen, waar we weer mee verder kunnen.'

Lees verder onder de foto

3.41 minuten zorgen nog niet voor geruststelling bij Pogacar

Pogacar verdedigt na veertien dagen 3.41 minuten op nummer twee Geraint Thomas (INEOS), die in de tijdrit over Daniel Felipe Martínez (BORA) heen wipte. Wie de rekenmachine erbij pakt, ziet dat Pogacar van die voorsprong 1.59 minuten pakte in de eerste tijdrit en 45 seconden op zaterdag. 2.44 minuten dus in twee tijdritten op Thomas en 'slechts' een kleine minuut in de andere twaalf etappes. Pogacar is er daarom nog niet gerust op. 'Het is zeker nog niet voorbij, laten we wel wezen. Het is nog niet beslist. De Giro begint eigenlijk nu pas, na deze tijdrit.'

In de Giro kenden we vooralsnog twee aankomsten bergop, waarvan Pogacar alleen die op dag twee naar Oropa aangreep om weg te rijden van de rest. Hij heeft dus wel een punt, het echt hooggebergte komt zondag naar Livigno en in de derde week. 'Ik heb weliswaar tijd gewonnen, maar ik wil nog geen voorbarige conclusies trekken. Je weet nooit wat er gebeurt in de bergen. Regen, sneeuw, wat dan ook. Laten we afkloppen dat ik er zo goed voor sta, het moet allemaal nog gereden worden.'

Bram van der Ploeg (Twitter: @BvdPloegg | e-mail: b.vanderploeg@indeleiderstrui.nl)