Dylan van Baarle kende in 2022 het beste en meest succesvolle seizoen uit zijn carrière. De 29-jarige Nederlander won eind maart Dwars door Vlaanderen, maar baarde vooral opzien met zijn tweede plaats op het wereldkampioenschap. In 2022 wil hij meer en gaat hij voor een podiumplek in een Monument.
De enige Nederlander binnen INEOS Grenadiers wordt doorgaans als luxe knecht gebruikt in de grote rondes, maar vooral in de klassiekers mag hij zo nu en dan voor eigen kans gaan. Zo ook in Dwars door Vlaanderen, waar hij na een lange solo een groot peloton voorbleef. Dat is een wedstrijd van 'slechts' 184 kilometer, maar dat hij goed uit de voeten kan op langere parcoursen, bewees hij later dat jaar. In juli eindigde Van Baarle op een verdienstelijke vijftiende plaats op de Olympische Spelen, waarna hij naar de Vuelta a España afreisde. Daar moest de Nederlander door een val na de zeventiende etappe opgeven en daarmee leek deelname aan het WK op de tocht te staan.
Iets meer dan drie weken later was Van Baarle echter wonderbaarlijk snel hersteld en competitief genoeg om in de 268 kilometer lange wedstrijd een rol van betekenis te spelen. Toen bleek dat Mathieu van der Poel niet goed genoeg was om voor eigen kans te gaan, mocht Van Baarle proberen een resultaat te rijden. Dat deed hij met een knappe tweede plaats en een verrassend goede eindsprint, waarin hij onder anderen Jasper Stuyven en Michael Valgren klopte. 'Na zo'n wedstrijd sta je wel echt op de kaart, al is er voor mij weinig veranderd. Ik moet gewoon nog steeds zelf mijn boodschappen doen', zo laat hij in een uitgebreid interview met het AD weten.
'Dat het zich zo uitbetaald heeft op het WK, is super mooi'
Wat er vorige winter al wel veranderd was, was de trainer met wie hij samenwerkt. 'Ik trainde eerst bij Tim Kerrison en nu bij Leigh Bryan. Met hem heb ik me veel meer op het korte werk gericht. We hebben vooral op herhalingen getraind die erop gericht zijn dat ik na 250 kilometer nog geen vermogen verloren heb. Als je naar mijn maximale vermogens kijkt, is dat niet heel indrukwekkend. Maar omdat ik dat na 270 kilometer ook nog kan, kan ik een goede finale rijden in een klassieker. Dat het zich zo uitbetaald heeft op het WK, is super mooi.'
Programma Van Baarle vergelijkbaar met 2021
In die grote wedstrijden wil Van Baarle zich blijven ontwikkelen en de focus ligt dan ook eerst op de klassiekers aan het begin van het seizoen. 'Die rijd ik eerst en daarna het Critérium du Dauphiné. Vervolgens de Tour de France en dan de Vuelta', zo somt hij een vergelijkbaar programma als afgelopen jaar op. 'De Vuelta Start in Utrecht met een ploegentijdrit, dus daar kijk ik erg naar uit.'
Vervolgens valt het oog van Van Baarle ook weer op het wereldkampioenschap, waar een parcours wordt voorgeschoteld die wederom de interesse wekt bij de Nederlander. 'Dat is er echt één voor de klassiekerspecialisten. Er zit een klim van anderhalve kilometer in het plaatselijke rondje en de wedstrijd is 280 kilometer lang. In die lange koersen heb ik nu echt vertrouwen.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties