Gespot op Strava: Vorm Bernal blijft groot mysterie richting 'zijn' Giro d'Italia

Renners zijn niet altijd even open over hun prestaties, vermogens en gegevens, maar Strava biedt bij veel mannen en vrouwen toch uitkomst. Wie reed er records aan puin tijdens trainingen en hoe presteerden de renners in wedstrijden? In de Leiderstrui kijkt in 'Gespot op Strava' naar de cijfers achter de prestatie. Deze week: De Giro d'Italia-voorbereiding van topfavoriet Egan Bernal.

Nog niet zo lang geleden bereidden renners grote rondes voor middels een hoogstestage en een heleboel koersprikkels. Anno 2021 lijkt de trend te zijn om jezelf zo lang mogelijk weg te steken op een berg, om daar de superbenen te vinden. Dat Remco Evenepoel de Giro gaat rijden zonder één koerskilometer in 2021 deed de wenkbrauwen al fronsen, al heeft hij met zijn revalidatie een goede reden. Bernal is een ander verhaal. De nog altijd maar 24-jarige Colombiaan van INEOS Grenadiers last wel vaker pauzes in van de koers.

In zijn eerste profjaar (2018) reed hij zijn laatste racedag richting de Tour de France op 19 mei. De Tour begon op 7 juli. In 2019 zou hij de Giro doen, maar viel hij vlak voor de start uit tijdens een training. Hij zou de Ronde van Italië toen starten met de Ronde van Catalonië als laatste koers. Die eindigde destijds op 31 maart, de Giro begon op 11 mei. Na een gek coronajaar grijpt Bernal nu terug naar die lange pauze richting een grote ronde. Hij finishte de Tirreno-Adriatico op 16 maart en staat zodoende op 8 mei met bijna twee koersloze maanden aan de start van zijn eerste Giro d'Italia. Wat heeft hij allemaal uitgespookt in de tussentijd?

Bernal doet minder (of uploadt minder)

Bernal uploadt niet al zijn ritten op Strava, maar in koersloze maanden is hij de moeilijkste niet. Na de Tirreno was zijn volgende (en meteen laatste) upload van maart op de 28e. Bernal die zijn fiets sinds de Tirreno-finish twaalf dagen aan de kant zette? Dat lijkt ons wat lang. We richten ons daarom alleen op april, waar de klimmer wat meer actief was op Strava. Op het moment van schrijven (29 april) noteren we 2.187,70 kilometer en 35.601 hoogtemeters in deze maand. Bernal zat in totaal 73 uur en 55 minuten op de fiets, verdeeld over zeventien uploads.

Hoe verhoudt zich dat tot andere jaren? Laten we eens kijken naar 2019, toen Bernal in april ook onderdook in Colombia om de Giro d'Italia voor te bereiden. Wat opvalt: hij deed toen op papier een stuk meer. Bernal reed in aanloop naar de Giro toen 3.433,8 kilometer en 60.718 hoogtemeters in april, verdeeld over 104 uur, 11 minuten en in totaal 24 ritten. Bernal heeft op het moment van schrijven nog een paar dagen april te gaan, maar aan 2019 gaat hij in Strava alvast nooit meer tippen. Doet hij minder? Of uploadt hij gewoon wat minder?

Lang niet alle trainingen staan in Strava, met soms gaten van drie á vier dagen in zijn tijdlijn deze maand. De workload over april 2021 vergelijken met die uit 2019 is dan ook niet echt fair en representatief. Hoe we wel een beter beeld krijgen van de arbeid uit beide jaren, is door uit beide maanden april eenzelfde aantal trainingen met elkaar te vergelijken. Komt Bernal er dan nog steeds uit als werkpaard, of zien we een andere trend?

Bernal in zijn laatste koers van 2021; de Tirreno-Adriatico.

Giro-voorbereidingen Bernal in 2019 en 2021 vergeleken

Het is een beetje gooien met cijfers en maar proberen in te schatten of Bernal de benen (en rug) weer heeft om mee te doen om de prijzen in een grote ronde. Waarom nou precies 2019? Nou, in dat jaar was Bernal zijn beste zelf en won hij onder meer de Tour de France; de voorbereiding van toen is dus een goed richtpunt voor nu. Zijn laatste twee weken in april 2019 (toen nog richting de Giro) tonen wel wat verschillen, zo blijkt als we de zeventien trainingen uit april 2021 vergelijken met de laatste zeventien Strava-uploads uit april 2019.

Eerst maar eens kijken naar de vermogens van Bernal in deze 17 vs 17. In beide gevallen ging de duurrit-modus aan in april. De zeventien ritten gingen dit jaar aan 216, 234, 218, 171, 181, 184, 189, 198, 184, 185, 204, 203, 232, 241, 207, 261 en 245 watt gemiddeld. U ziet: de intensiteit van de trainingen werd na na aankomst in Europa (vanaf 21 april) flink verhoogd. Voor het idee: dat is 209 watt gemiddeld over alle trainingen, inclusief rustdagen waarop het vermogen natuurlijk lager ligt.

Hoe dat zich weer verhoudt tot de Giro-voorbereiding in 2019? Toen gingen de laatste zeventien ritten van april aan 221, 213, 124, 238, 212, 204, 118, 219, 175, 210, 179, 228, 218, 117, 192, 132 en 182 watt. Dat is gemiddeld 187 watt gemiddeld. Gaat het verder ook een beetje om dezelfde workload? In 2019 noteerde Bernal over de genoteerde zeventien trainingen 2.436,36 kilometer en 45.432 hoogtemeters. Daar zette hij in de april van dit jaar geüploade ritten dus 2.187,70 kilometer en 35.601 hoogtemeters tegenover. Een verschil van zo'n 250 kilometer en 10.000 hoogtemeters dus. De intensiteit in wattage was dit jaar dus wel iets hoger (209 watt om 187 watt gemiddeld).

Bernal won de Tour in 2019. We vergelijken zijn trainingscijfers van toen met nu.

Houvast voor de Bernal-fans richting de Giro d'Italia?

In het geval van Bernal kunnen we niet zeggen: hij won de Tour of the Alps, hij is in orde. Pas na de eerste dagen in de Giro weten we of we weer met de oude Bernal te maken hebben. Want hoewel april 2019 en april 2021 weinig van elkaar verschillen en dat dus houvast biedt, moeten we ook in ogenschouw nemen dat Bernal in juli van 2020 lekker ging in trainingen. Bernal overlegde in die maand enkele indrukwekkende ritten, waarbij hij op vijf dagen zelfs KOM's uit de boeken reed in Colombia en Andorra. Hij kwam in de laatste zeventien uploads van juli 2020 tot 2.455,04 kilometer, wat dus zelfs een beetje meer is dan april 2019. Destijds bereidde hij de Tour de France voor als één van de favorieten, maar al in de voorbereidende Dauphiné kwamen zijn rugklachten aan het licht.

In de koers bleek dat de rug het niet hield, maar daar was toen op voorhand niets van te merken. Bernal reed zijn ploegmaats Ivan Sosa en Richard Carapaz vorig jaar zomer op meerdere segmenten naar huis, vlak voor de herstart van het seizoen. Dat was in april van dit jaar veel minder. Bernal reed op 2 april de recordtijd op 'Cuchilla' uit de boeken met een halve minuut. De oude recordtijd dateerde al van 2018. Op 7 april ging de KOM op 'El Zipa' eraan. De oude toptijd (uit 2020) werd met maar liefst 1.09 minuten verbeterd, met een gemiddeld vermogen van 371 watt over 12.25 minuten; goed voor 6,18 watt per kilogram gemiddeld. Daarna stokte de KOM-jacht en eigenlijk ook de PR-golf en deed de duurtrein zijn intrede.

We weten zodoende weer een beetje meer over Bernal, maar kunnen toch vooral niet wachten op 8 mei, als we gaan zien hoe goed hij nu daadwerkelijk is. Op papier topfavoriet, maar kan Bernal die rol waarmaken? Dit jaar al derde in de Tour de la Provence, tweede in Trofeo Laigueglia, derde in Strade Bianche en vierde in de Tirreno; zijn voorjaar was eigenlijk uitstekend. De rug lijkt veel beter, maar houdt die het drie weken? Aan de voorbereiding ligt het alvast niet, daarin zijn geen gekke dingen te ontdekken, buiten het feit dat Bernal misschien iets minder kilometers maakte. Als dat net het verschil is tussen een goede Bernal of een uitstekende Bernal in de Giro, zullen de wielerfans daarvoor tekenen.

Voor meer Gespot op Strava, klik hier.

Bram van der Ploeg (Twitter: @BvdPloegg | e-mail: b.vanderploeg@indeleiderstrui.nl)