Medio december zagen we heel wat oude 'nieuwe' namen terug in het veld. Naast Tibor Del Grosso en Puck Pieterse keerde ook Yara Kastelijn terug in de cross, waar toch wel een verhaal achter zat. De uit Neerkant afkomstige Kastelijn, die maandag knap negende werd in Mol, tobde namelijk lang met de gevolgen van een hersenschudding, waar ze over sprak met In de Leiderstrui.
Kastelijn eindigde namens Fenix-Deceuninck als zestiende bij haar rentree in Herentals, maar dat weerhield haar er niet van om met een grote glimlach op haar gelaat over de finish te komen. Wie haar verhaal van de afgelopen maanden kent, weet dat dat meer dan logisch is. Door de gevolgen van een hersenschuding zat Kastelijn namelijk lang in onzekerheid.
In de Tour de France Femmes kwam ze meermaals ten val, waarna ze uiteindelijk te kampen kreeg met hoofdpijn. Om die reden moest ze begin oktober aankondigen dat ze voorlopig niet terug in competitie zou keren: haar plannetje om tot de Koppenbergcross op 1 november te veldrijden en daarna te rusten viel dus in het water.
Medio december keerde ze dus wél terug. ‘Ik had niet gedacht dat ik deze winter überhaupt nog zou kunnen crossen, omdat ik best wel lang last had van de gevolgen van die hersenschudding. Middels therapie heb ik de laatste tijd veel stappen kunnen maken, dus dat heeft echt wel geholpen. We hebben het toen ook rustig op kunnen pakken met training, door bijvoorbeeld twee rustdagen in te passen tussen de trainingen door.'
Lees verder onder de foto!
Hersenschudding gaat niet in de koude kleren zitten, merkte Kastelijn
Dat ze medio december plots meereed, kwam voor de buitenwacht als een kleine verrassing. ‘Ik ben pas twee weken echt weer stappen aan het maken, maar ik wil dit heel graag. De keuze dat we in Herentals begonnen, werd ook pas vlak op voorhand gemaakt. We hadden niets te verliezen en ik hoop vooral vanaf nu elke race veilig te finishen. Maar het betekent sowieso heel veel om terug op de fiets te zitten.’
Kastelijn werd dus zestiende bij haar rentree, maar dat was van secundair belang. Eén week later deed ze in Mol nóg beter: daar eindigde e als negende. ‘Ik moest helemaal achteraan starten, maar voor mij is het nu vooral belangrijk om wedstrijdritme op te doen en die prikkel te nemen richting het voorjaar. Ik weet dat ik conditioneel nog niet super ben, maar ik denk dat dat op dit moment ook wel logisch is.’
‘Ik ben vooral heel blij dat ik weer terug op de fiets zit en in de wedstrijd ben. Het ging ook wel goed, op wat foutjes na. Het resultaat maakt ook nog niet echt uit. Ik wil vooral goed trainen, plezier maken en dan in de zomer weer knallen’ , aldus de Brabantse, die de komende weken nog drie veldritten zal rijden: Loenhout, Gullegem en het NK.
Zo’n hersenschudding hakt er niet alleen fysiek in, maar ook zeker mentaal. ‘Ik was best wel onzeker. Je leest allemaal verhalen, dat sommigen er anderhalf jaar uit liggen bijvoorbeeld. In de auto had ik het gevoel dat de bomen langs de weg naar je toe kwamen, ik kon totaal niet focussen’, schetst Kastelijn.
In die weken had ze ook veel aan haar voor Alpecin-Deceuninck crossende vriend Niels Vandeputte, die als een komeet aan zijn crosswinter begon. ‘We hebben de plannen aan moeten passen, maar Niels maakte toch wel veel goed. Daardoor ging het ook beter met mij. Ik kon wel eens een uurtje met hem meefietsen en uiteraard keek ik op de bank ook naar zijn wedstrijden, wat heel leuk was om te zien. Zien hoe goed hij het nu doet, motiveerde mij ook om beter te worden.’
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties