Annemiek van Vleuten eindigde zaterdag als negentiende op het WK wielrennen. De Nederlandse zag landgenote Marianne Vos naar de tweede plaats sprinten, maar was na afloop niet helemaal blij met hoe de koers verliep.
Van Vleuten was samen met Ellen van Dijk erg actief in de finale, waar de twee Nederlandse rensters het verschillende keren probeerden op de korte klimmen. Die bleken echter niet lastig genoeg om een groot gat te slaan, waarna er met een grote groep werd gesprint om de overwinning. Italië nam het heft in handen in de laatste kilometers, waardoor Elisa Balsamo in ideale positie aan de sprint begon. In de lead-out van Nederland ging het niet helemaal goed. 'Ik had het Marianne heel erg gegund. Ik denk dat Ellen en ik in de finale goed werk deden voor Marianne, maar het beste was er wel vanaf om de sprint aan te trekken', zo laat ze bij Sporza weten.
Voor Van Vleuten waren de klimmen op het parcours te kort om de concurrentie op de pijnbank te leggen, waar ze na afloop dan ook van baalde. 'Ik baalde wel een beetje van het parcours ja, maar het is prima dat het een keer zo'n parcours is. Je lost een aantal meiden, maar Elisa Balsamo is ook een goede renster en daar is het niet zwaar genoeg voor geweest. We hadden elkaar meer moeten opvolgen, maar ik denk dat ik zelf een hele goede koers heb gereden. Ik denk dat er bij de evaluatie nog wel over gesproken gaat worden.' Van Vleuten werd zelf wereldkampioene in 2019 en staat volgende week aan de start van Parijs-Roubaix.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties