Met zijn zege in Milaan-Sanremo maakte Mathieu van der Poel eigenhandig een uitroepteken van het vraagteken dat er rondom zijn persoon gesteld werd. Enkele criticasters kregen na Milaan-Sanremo het dekseltje op de neus.
Na het WK veldrijden in Hoogerheide sprak Van der Poel meerdere malen uit dat het even zou duren voordat hij de goede benen zou hebben. Zowel in Strade Bianche als Tirreno-Adriatico kon hij niet met de besten wedijveren, maar in Milaan-Sanremo was hij direct op de afspraak.
'Ik speelde geen spelletjes, anders had ik de lead-outs voor Jasper ook niet gedaan', doelde Van der Poel op de aangetrokken sprints voor Jasper Philipsen in de Italiaanse rittenkoers van vorige week. 'Ik voelde mij niet zo goed, maar in de sprints voelde ik wel dat ik power had. Ik had gewoon wat koersen en hardheid nodig om goed te zijn, dat zag je hier wel in Sanremo.'
Van der Poel en Alpecin-Deceuninck waren niet bezig met de hatelijke nul
Tot aan Tirreno-Adriatico stond de zegeteller bij Alpecin-Deceuninck op nul, wat bij de buitenwacht toch wel begon te leven. 'We hebben niet gepanikeerd, het seizoen was nog jong', vertelde Van der Poel er zaterdag over op de persconferentie na Milaan-Sanremo. 'Nu hebben we wel het eerste Monument van het jaar gewonnen. Er wordt altijd veel gezegd en geschreven, wat normaal is. Maar binnen de ploeg zijn we daar niet zo mee bezig geweest, we wisten dat onze koersen er nog aan zouden komen.'
'We zijn blijven werken en ons ding blijven doen, dat zag je nu wel terug', aldus VDP. 'Hoe we deze koers aangepakt hebben, ook met Søren Kragh Andersen en Philipsen, is iets waar we denk ik wel trots op mogen zijn', aldus de Nederlander, die zich nu gaat klaarstomen voor zijn volgende grote afspraken: de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties