De cross is aan een opmars bezig, zoveel heeft de winter van 2022/2023 inmiddels wel duidelijk gemaakt. Tot ver over de landsgrenzen gaat het over de titanenstrijd tussen Mathieu van der Poel en Wout van Aert, al hebben de gebeurtenissen van afgelopen weekeinde ook enkele kinderziektes van de sport aan het licht gebracht.
Te beginnen met de week voor het WK, waarin één thema centraal stond: de al dan niet partijdigheid van Adrie van der Poel bij het uitzetten van het parcours, met de verplaatste balken als lijdend voorwerp.
Tuurlijk heeft Adrie totaal niet naar de kwaliteiten van zijn zoon gekeken bij het uitzetten van de omloop aan de Brabantse Wal. Wie hem in de dagen voor en tijdens het wereldkampioenschap bezig zag met het uitzetten van de hekken, aansturen van 'zijn' mannen en perfectioneren van het parcours kon daar geen moment al twijfelen, waardoor het simpelweg een sneu verwijt werd. Zo'n hardwerkende en oprechte man, die zó aangepakt wordt. Terecht dat hij er na afloop korte metten mee maakte.
Aan de andere kant konden enkele van de argumenten wel begrepen worden, al moeten we ook niet te veel doorslaan. Zo werd de vergelijking met Max en Jos Verstappen gemaakt, terwijl pakweg Danny Blind ook deels verantwoordelijk is voor de WK-selectie van Nederland in Qatar met zijn eigen zoon Daley erin. Mocht Adrie zich dus aan zijn belofte houden dat hij zich niet meer gaat bemoeien met WK-parcoursen, is dat alleen maar een grote zonde voor de cross zelf...
Hordes Nederlanders vieren feest, maar de mensen van KNWU komen niet aan viering toe
Want de cross, die leefde afgelopen weekeinde. Hordes met mensen vonden hun weg naar Hoogerheide, de wegen rondom het kleine Brabantse plaatsje slibden volledig dicht. Nederlanders, Belgen en buitenlanders keken hun ogen uit, al dan niet van de alcohol. Zonder noemenswaardige incidenten mag het dus één groot succes genoemd worden, dit wereldkampioenschap.
Des te pijnlijker is het dat nota bene de Nederlandse veldritselectie, toch verantwoordelijk voor een deel van het vertier, geen centen tot de beschikking had om de WK-titel(s) te vieren zondagavond. KNWU-bondscoach Gerben de Knegt hinkte zichtbaar op twee gedachten toen hem gevraagd werd naar het succes van het weekend.
'Schrijf dit maar op', droeg de keuzeheer onder meer In de Leiderstrui op. 'Normaal houd ik iedereen hier tot de zondagavond, maar dat heb ik nu niet gedaan. Dat kost veel geld en dan had ik bijvoorbeeld niet naar Benidorm kunnen gaan met de junioren. En dat vind ik belangrijker dan een paar flessen champagne.'
'Iedereen denkt maar dat de bomen tot in de hemel groeien, maar ieder jaar is het hetzelfde praatje wat ik sta te houden', klonk het teleurgesteld. 'Maar dan gaat de focus toch wel weer heel snel op het wegseizoen en in maart denken mensen: de cross begint volgende winter weer.’
'Dat doet mij wel pijn, ja', verklaarde de bondscoach zijn gevoel. 'Het is een Nederlands feestje, wij kunnen het denk ik niet beter doen. Maar er is geen sponsor die opstaat en de KNWU een extra zak geld geeft voor het veldrijden. En dat hoeft echt geen 50.000 euro te zijn', gaf hij een indicatie van de bedragen waar hij het over heeft. En voor de duidelijkheid: dan gaat het om minder dan één euro per toeschouwer van afgelopen weekend.
New York: sky lijkt even the limit voor de cross
Dat bedrag zullen toeschouwers voor een veldrit in New York ook wel kwijt zijn. Afgelopen weekend kwamen ineens de berichten dat de Amerikaanse metropool zich net als Londen, München en zelfs Johannesburg in de strijd voor een plekje in de Wereldbeker heeft gemengd.
Na de successen die de Wereldbeker dit seizoen in Dublin en Benidorm heeft behaald mengen nieuwe citymarketeers zich dus, al mag dit in het geval van Londen (stond vorig jaar al op de planning) en München (organiseerde in 1985 en 1997 al een WK en heeft rondom het Olympiapark alle faciliteiten) niet direct als een verrassing gezien worden.
New York en Johannesburg zijn dat wel, hoewel de cross eerder ook al voet aan de grond zette in Las Vegas. 'Ik sluit het niet uit, maar op dit moment wil ik het New York-verhaal toch downplayen', corrigeerde Flanders Classics-CEO Tomas Van Den Spiegel in Het Nieuwsblad. 'Ze zijn één van de vijftien tot twintig potentieel toekomstige bestemmingen die bij ons op tafel liggen. Maar we willen de Wereldbeker stap voor stap uitbouwen, met een balans tussen traditie en vernieuwing. Ook de Gaveres en de Namens zullen daar hun plaats in blijven hebben. We willen zeker ook de ploegen niet ineens voor een voldongen feit stellen', aldus Van Den Spiegel, die op 24 februari de Wereldbekerkalender voor komend seizoen bekendmaakt.
Een onvoldongen feit is dat de cross nu hip is en dat Flanders Classics de kip met de gouden eieren niet zal willen slachten. Maar dan zijn er, ook in New York, mensen met de passie van een Adrie van der Poel voor de cross nodig. En de woorden van De Knegt over het budgetprobleem bij de KNWU gaan we zo vlak na het WK zeker niet vergeten. 'Iedereen denkt maar dat de bomen tot in de hemel groeien, maar ieder jaar is het hetzelfde praatje wat ik sta te houden. Maar dan gaat de focus toch wel weer heel snel op het wegseizoen en in maart denken mensen: de cross begint volgende winter weer.’ Wordt ongetwijfeld vervolgd...
Tom van der Salm (Twitter: @TomvanderSalm) | e-mail: t.vandersalm@indeleiderstrui.nl)
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties