Het gaat bij Jumbo-Visma logischerwijs veel over Jonas Vingegaard en Wout van Aert, maar in de Tour de France reed er de afgelopen drie weken ook heel vaak een rood-wit-blauwe trui mee in de finales van zware etappes. Dylan van Baarle kwam afgelopen winter over van INEOS Grenadiers en heeft een grote bijdrage gehad in de aanstaande eindzege van Vingegaard. In het Algemeen Dagblad legt hij uit hoe en wat.
Van Baarle, die vlak voor de Tour Nederlands kampioen werd en daar al sprak van uitstekende benen, is al drie weken lang een betrouwbare knecht bergop. 'Ik zit lekker op de fiets en alles komt vrij gemakkelijk qua wattages. Dat heb ik niet vaak eerder gevoeld. Dat ik vanaf de start tot zo ver in de derde week een lekker gevoel heb. Dat voelde ik al een beetje aankomen halverwege het Critérium du Dauphiné, op hoogtestage in Tignes en daarna met het Nederlands kampioenschap. Zoveel vertrouwen voor een Tourstart, dat heb ik niet vaak gehad.’
'Ik ben drie kilo lichter dan vorig jaar', zegt hij over één van de oorzaken van zijn uitstekende klimprestaties. 'Ik heb niet vaak beter geklommen dan nu. Ik kan langer bergop, de trainingen om de Tour heen waren daar ook meer op gericht. Toen ik in etappe 14 op de Col de la Ramaz voor de Joux Plane uitstuurde en nog maar vijftien man zag zitten, dacht ik wel: "Mwaaah, dat is niet heel slecht". Dan verbaas ik mezelf wel. Ik wist al dat ik op mijn goede dagen echt supergoed kan klimmen, maar ik heb niet eerder drie weken lang zo goed geklommen.’
Van Baarle voorziet geen rol á la Van Aert
Toch bleef het daar in deze Tour bij. Waar we Van Aert, Christophe Laporte, Tiesj Benoot en Wilco Kelderman vaak in het offensief zagen, bleef Van Baarle vooral bij z'n kopman. 'Mijn doelstelling toen ik naar de Tour ging, was om Jonas zo goed mogelijk te ondersteunen. Niet vanuit de ploeg, maar omdat ik dat wil. Ik haal daar heel veel voldoening uit. Natuurlijk heb ik de benen om misschien voor een ritzege te gaan, maar dat is niet waarvoor ik hier ben. Het is ook niet dat ik daarnaar hunker. Een rit in de Tour de France is supergroot, maar ik win liever Parijs-Roubaix of de Ronde van Vlaanderen', zo is hij stellig. 'Ik ben geen machine zoals Van Aert, die dag in dag uit én voor Jonas kan werken, de volgende dag in de ontsnapping zit én de dag daarna kan sprinten. Ik moet wel een beetje mijn energie managen. Dat gaat in deze Tour trouwens wel goed.'
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties