Interview | Wild stelt einde loopbaan jaar uit: 'Niet in zicht van haven stoppen'

Kirsten Wild (37) is er uit. Ze plakt nog een jaar vast aan haar loopbaan. Voor corona ging ze er van uit dat ze 10 augustus 2020 met wielerpensioen zou gaan. Dan zaten de Olympische Spelen erop. Nu richt ze zich op de einddatum 11 augustus 2021. ‘Ik wil het toch nog een keer geprobeerd hebben’, zegt ze tegen In de Leiderstrui.

Wild kende een drukke winter met het WK baanwielrennen. ‘Een adempauze vond ik in het begin niet eens zo heel erg. In eerste instantie vond ik fietsen, zonder echt te trainen, nog leuk ook. Ik ontdekte in mijn woonomgeving in Zwolle nieuwe weggetjes. Je kunt de afgelopen periode een beetje zien als mentale sabbatical. Geen wedstrijden in het directe vooruitzicht. Doen wat je leuk vindt. Als baan- en wegrenster ben ik het hele jaar druk. Ik sta altijd aan. Heb nooit een vast rustmoment. Nu wel.’

Maar ook Wild zag in dat een leven zonder doelen niet lang plezier geeft. ‘Het moet ook weer niet te lang duren. Het werd steeds moeilijker en nu ben ik blij dat er weer een soort van programma aankomt.’ Ze doet mee aan de virtuele Tour de France op Zwift op 18 en 19 juli. ‘Mijn eerste echte digitale wedstrijd. Voor goede doelen heb ik vaker digitaal gefietst, maar geef mij maar het echte fietsen buiten. Voor de sponsors is dit een leuk evenement. En dat vrouwen en mannen door elkaar rijden is ook goed.'

Kirsten Wild: ‘Niet half Roubaix en half EK baan’

Eind juli begint het echte werk voor Wild. Twee baanwedstrijden in Italië staan dan op haar programma. Dan de Boels Lady Tour in september en aansluitend de Giro Rosa. Daarna Gent-Wevelgem en dan in november alweer het EK baanwielrennen. ‘De nieuwe Parijs-Roubaix, ook rond die tijd, was er niet mee te combineren. Tof dat die koers erbij komt. Had hem graag willen rijden, maar qua planning lukt deze allereerste vrouweneditie niet. Je kunt niet half Roubaix en half het EK doen.’

De wereldkampioene op de scratch en koppelkoers merkt dat het vrouwenwielrennen steeds groter wordt. ‘Al moesten we vechten op de toch al krappe wielerkalender. Vrouwenwielrennen wordt leading. We hebben echt een hoog niveau in Nederland. Je zou gek zijn als je daar als organisaties niets mee zou doen. Geruchten over een vrouwenteam bij Jumbo-Visma? Niets over gehoord. De ontwikkelingen houd ik daarover niet nauw bij.’

Wild: ‘Naast Van Vleuten genoeg andere goede rensters’

De vrouwelijke wielrensters kennen elkaar goed en al jaren. ‘Als we in het oranje rijden, zijn we goede collega’s. Rijden we in onze clubkleuren dan zijn we goede concurrenten van elkaar. Er zit geen wrevel onderling, we hebben juist veel respect voor elkaar. Annemiek van Vleuten valt misschien het meeste op. Ze is ook een fantastische wielrenster, maar daar zijn er meer van. Er zijn veel goede wielrensters. Van Vleuten kiest slim de wedstrijden waaraan ze meedoet. Zo zie je haar niet vaak bij vlakke koersen met een massasprint als aankomst. Ze wint niet alle wedstrijden.’

Alhoewel Wild weer zin heeft om 'voor het echie' te koersen, vindt ze het niet erg om af en toe uit haar wielerbubbel te stappen. ‘Wat dat betreft ben ik een atypische sporter. Ik kom graag thuis om daar in mijn eigen wereld met gewone mensen te leven. Niet altijd over wielrennen te hoeven praten. Het even over andere dingen te hebben.’

Olympische droom van Wild gebleven: ‘Achteraf geen spijt willen hebben’

De Olympische Spelen 2021 zijn nog ver weg. ‘Ik wil dat nog een keer geprobeerd hebben. Als ik dat niet zou doen, zou ik achteraf spijt kunnen hebben. Ik wil niet in het zicht van de haven gaan stoppen. Mijn doel en droom is gebleven. Ik ben er nu fit en gedreven genoeg voor. Bij blessures wordt het een lastig verhaal. Maar het is nu fair om toch door te gaan richting Spelen.' (Foto: Sirotti, 2016)

Gerrit van Loon