Voorafgaand aan het WK gravel voor elite vrouwen, dat uiteindelijk werd gewonnen door Kasia Niewiadoma, sprak In de Leiderstrui met Lars Boom en Demi Vollering, respectievelijk ploegleider en sterkhouder bij SD Worx. In die gesprekken ging het vooral over het parcours van het wereldkampioenschap, daar de meningen enigszins verdeeld waren over de uitgestippelde route door de proseccostreek...
We kunnen er eigenlijk niet omheen: het in Veneto georganiseerde wereldkampioenschap was een doorslaand succes. Zowel op zaterdag als op zondag was het weer perfect, heerste er een gebroederlijk koerssfeertje en waren de wedstrijden bijzonder vermakelijk. Bovendien waren er talloze fans afgereisd naar het grindfestijn in 'de laars', wat een eindoordeel van het evenement uiteraard alleen maar ten goede komt. Ook wanneer we specifiek inzoomen op het parcours en de bijbehorende reacties van coureurs, zien we enorm veel lofzangen. 'Het is een heel mooie omloop, waar het regelmatig op techniek aankomt. Over het algemeen is het een mooier parcours dan vorig jaar', vertelde Gianni Vermeersch bijvoorbeeld.
Vermeersch, Swenson, Mohoric, Slik, Schelling en Zonneveld waren (overwegend) positief over WK-parcours
'Ik vind het parcours hier wel enorm mooi. Er zijn aardig wat moeilijke gravelstroken. Bovendien zijn er onwijs veel korte, steile hellinkjes. Al met al kan ik niet klagen over de route, al had ikzelf natuurlijk graag wel iets meer grindpassages gezien', was ook Unbound-koning Keegan Swenson overwegend positief. 'Het is moeilijk om meer gravel dan dit te vinden. Ik vind dat er gezegd mag worden dat de gekozen stroken echt goed gevonden zijn. En de stukken die niet over gravelpaden gaan, gaan ofwel omhoog of naar beneden. Ik kan dus niet spreken van een teleurstellend of WK-onwaardig parcours', meende Ivar Slik op zijn beurt.
Daar bleef het niet bij: vrijwel iedereen die ter plaatse werd geïnterviewd door In de Leiderstrui, was te spreken over de uitgetekende lussen. 'Het is enorm technisch', vertrouwde Matej Mohoric ons zondagochtend toe. 'Ik ben er achter gekomen dat de laatste acht kilometer echt gek zijn, met een paar heftige afdalingen. Het is daar echt uitkijken geblazen. Je komt daar bovendien pas aan na een zware koers en wanneer je dus helemaal naar de klote bent. Dan is zo’n strook extra tricky', was dan weer de vooraf uitgesproken opinie van Ide Schelling, die amper iets had verkend. 'Op een parcours als dit moet je niet alleen conditioneel heel goed moet zijn, maar ook wat betreft techniek', stelde Thijs Zonneveld.
Lees verder onder de foto!
Neefjes (en andere pure grindspecialisten), Welch en GCN komen met kritische kanttekeningen
Zoals we in de allereerste alinea al schreven: het was niet louter hosanna als het gaat om het parcours, dat voor circa vijftig procent uit grind- en gravelstroken bestond (en dus voor vijftig procent uit asfalt). Tessa Neefjes sprak namens een (grote) groep grindspecialisten - die de afgelopen weken ook een soort protest waren gestart - toen ze ons meedeelde: 'In de twee lusjes worden bijna alle moeilijke klimmen en afdalingen op asfalt verreden.' Wielerjournaliste Betsy Welch, die ook aanwezig was in Veneto, vond het technische parcours dan juist weer iets weghebben van een veldritomloop, tot groot ongenoegen van bijvoorbeeld Laurens ten Dam.
Ook bij het internationale en hoog aangeschreven wielermedium Global Cycling Network werd er gesproken over het parcours. 'Het was in ieder geval beter dan in 2022. Toen reed het merendeel van de deelnemers immers gewoon op de racefiets rond. Dit jaar bevatte het parcours van alles: van het doorkruisen van allerlei wijngaarden tot het oversteken van rivierbeddingen. En met betrekking tot de hoeveelheid gravel: het was genoeg', klinkt het enigszins twijfelend. 'Misschien was het ietwat aan de korte kant, maar dat geldt enkel als je het vergelijkt met échte gravelraces. Misschien dat het wel een beetje reden is dat er zo veel wegrenners in de top tien zijn geëindigd. Mensen denken dan natuurlijk gauw aan de Amerikaanse wedstrijden, die soms meer dan 300 kilometer lang zijn.'
Lees verder onder de foto!
Boom en Vollering hebben geen begrip voor kritiek
We spraken Boom en Vollering voorafgaand aan de 140 kilometer lange afvalkoers op zaterdag. Zij hadden aardig wat stroken verkend en konden derhalve toen al hun zegje doen over de tocht. 'Het is op technisch vlak wel een veeleisend parcours. Maar als je een beetje over wat vaardigheden beschikt, is het wel goed te doen', aldus Boom. 'De organisatie is bij het bepalen van het parcours natuurlijk ook heel afhankelijk van de omgeving. Ik denk dat iedereen gewoon heel blij moet zijn met het feit dat ze zoiets georganiseerd krijgen.' Met enige regelmaat werd onder critici ook de vergelijking getrokken met de circuits van manches uit de UCI Gravel World Series, die vaak voor minstens zeventig procent uit gravel bestaan. 'Dat zie ik eigenlijk wel als onzin', steekt Boom zijn mening niet onder stoelen of banken. 'Ik denk dat het juist goed is dat er veel wegrenners meedoen, want zo maak je de discipline alleen maar populairder.'
Vollering sluit zich aan bij haar ploegleider. 'Uiteindelijk moet je ook maar een plek zien te vinden waar je zo veel gravel achter en bij elkaar kan vinden. Als je zelf een gravelrondje rijdt, is het ook niet dat je puur en alleen grindstroken meepakt. Je moet dan altijd hier en daar al oversteken over gewone wegen, dus dat houd je altijd. Als je écht alleen maar gravel wil hebben, moet je denk ik naar Amerika gaan. In Europa heb je nu eenmaal veel geasfalteerde wegen. Ook op dit rondje zijn er geasfalteerde wegen die er slecht bij liggen. Is dat dan gravel of niet? In een wegrit zou je er immers niet overheen rijden.'
Youri van den Berg (Twitter: @YourivndnBerg)
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties